Uitspraak
1.de vennootschap onder firma[appellant1] Animal Verhuur
2.
[appellant2]
[appellante3]beiden wonende in [woonplaats1]
die hoger beroep hebben ingesteld
hierna: de vof, [appellanten2 en 3]
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
2.De verdere motivering van de beslissing in hoger beroep
ex nuncbeoordelen. Dat betekent dat het hof zijn beslissing moet baseren op de toestand op het moment van de uitspraak (dit arrest). Datzelfde geldt voor de vraag of is voldaan aan het vereiste dat de aanvrager van het faillissement een vordering heeft op de schuldenaar en een redelijk belang heeft bij zijn faillissementsverzoek. [4]
ex nuncbeoordeling van het faillissementsverzoek die vorderingen alsnog zal meenemen. Het kostenverhaalbesluit van 1 maart 2023 was op de datum van het faillissementsverzoek (18 april 2023) weliswaar bekend, maar ten tijde van dat verzoek liep er nog een procedure bij de voorzieningenrechter over de schorsing van dat besluit. De uitspraak van de voorzieningenrechter (waarin het besluit niet is geschorst) dateert van na het indienen van het faillissementsverzoek. Bovendien is het tweede (inmiddels geschorste) besluit van na de datum van het faillissementsverzoek. De vof, [appellanten2 en 3] waren ook bekend met deze kostenverhaalbesluiten. In haar besluit tot het opleggen van de last onder bestuursdwang, dat ook bij het verzoekschrift tot faillietverklaring van de gemeente was gevoegd, heeft de gemeente hen erop gewezen dat kosten die de gemeente moet maken voor het beëindigen van de overtredingen op de vof verhaald worden. Tussen partijen is niet in geschil dat de door de gemeente uitgevoerde bestuursdwang in de procedure bij de rechtbank en op de zitting bij het hof ter sprake is gekomen. Dat de gemeente die vorderingen uit de kostenverhaalbesluiten nu uitdrukkelijk mede aan haar verzoek ten grondslag legt, is bovendien het gevolg van de vraag van het hof in het tussenarrest van 6 december 2023 over artikel 611e Rv en (in dat licht) het belang van de gemeente bij haar faillissementsverzoek. Vanwege deze omstandigheden en omdat de behandeling van het faillissementsverzoek voor een lange tijd geschorst was door het WSNP-verzoek van [appellanten2 en 3] , is het niet in strijd met de goede procesorde dat de gemeente de vorderingen uit haar kostenverhaalbesluiten van 1 maart 2023 en 26 mei 2023 pas nu heeft overgelegd en mede aan haar faillissementsverzoek ten grondslag heeft gelegd.