Uitspraak
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
€ 2.453,66 aan [verweerder] betaald.
4.De vorderingen en beslissing kantonrechter
5.Het oordeel van het hof
direct mailing(post) en van tussenpersonen, waaronder Spaar Select. Deze tussenpersonen bond Dexia aan zich door het sluiten van cliëntenremisiercontracten op grond waarvan zij bij verkoop van een Dexia-product (op basis van een door Dexia verstrekt ATP-nummer) een vergoeding ontvingen. De tussenpersonen die Dexia aan zich bond als cliëntenremisiers werden in de cliëntenremisiercontracten uit die tijd (ook) aangeduid als: “adviseur” en op haar website als “onafhankelijke gespecialiseerde financiële adviseurs” of als “financiële planners”. Uit de websites van Spaar Select (d.d. 11 mei 2000) en NBG Finance (d.d. 23 oktober 1999), waarmee Dexia (intensief) samenwerkte, volgt dat deze tussenpersonen – als cliëntenremisiers – zichzelf publiekelijk aanprezen met het opstellen van op de persoonlijke situatie toegesneden financiële adviezen.
- de omstandigheid dat de tussenpersoon al dan niet heeft geïnformeerd naar de financiële omstandigheden en financiële doelen van de afnemer;
- de omstandigheid dat de tussenpersoon al dan niet ook andere mogelijke effectenleaseproducten heeft genoemd en besproken dan het uiteindelijk afgenomen product;
- de omstandigheid dat de tussenpersoon al dan niet, naast of in samenhang met het afgenomen effectenleaseproduct, een ander financieel product, zoals een hypothecaire lening, heeft geadviseerd.
“Ik wilde weten of er mogelijkheden waren om eerder te kunnen stoppen met werken. Daar had ik al een idee over. Mijn vader was jong overleden en had nooit van zijn pensioen kunnen genieten. Ik wilde daarom graag eerder stoppen met werken en daarvoor had ik geld nodig. Hij zou die dingen onderzoeken en bekijken. Daarvoor moesten wij ook stukken aanleveren.”Naar aanleiding hiervan is hij door de medewerker van Spaar Select geadviseerd om het effectenleaseproduct Overwaarde Effect van Dexia af te nemen. [een medewerker van Spaar Select] gaf aan dat [verweerder] de overwaarde van zijn woning kon aanwenden voor de vooruitbetaling van het effectenleaseproduct. [verweerder] diende dan een (derde) extra hypothecaire lening bij de Postbank af te sluiten. Volgens [een medewerker van Spaar Select] zou [verweerder] met deze constructie aanzienlijk vermogen opbouwen, waardoor hij eerder kon stoppen met werken. [een medewerker van Spaar Select] heeft vervolgens een document “Verkort financieel overzicht” opgesteld voor [verweerder] dat hij tijdens een tweede huisbezoek heeft toegelicht. Over dit financieel overzicht heeft [verweerder] tijdens de zitting in hoger beroep verklaard:
“Ja, in het tweede gesprek had hij de berekening en een advies bij zich. Hij had een document gemaakt waarin heel duidelijk stond wat onze maandlasten waren en wat onze maandlasten zouden worden. Tot mijn grote verbazing zouden die zelfs dalen, dat vond ik wel interessant.”[een medewerker van Spaar Select] adviseerde in dit document om een extra hypotheek van NLG 70.000,- op te nemen en daaruit NLG 55.200,- in te leggen in het Capital Effect product van Dexia. Het overige bedrag zou [verweerder] kunnen gebruiken voor zijn woning. [verweerder] heeft het advies opgevolgd en is de overeenkomst met Dexia aangegaan. De hypotheek is via een lening bij de Postbank met NLG 70.000,- verhoogd en er is voor NLG 54.803,31 (omgerekend € 24.868,66) aan inleg betaald in een Overwaarde Effect product van Dexia. [verweerder] heeft ter onderbouwing van zijn stellingen verwezen naar een aan hem gericht verkort financieel overzicht (productie B inleidende dagvaarding), een lijst met benodigde stukken voor het regelen van de hypothecaire lening met daarop het logo van Spaar Select (productie C inleidende dagvaarding), een notarisafrekening, een concept van de hypotheekakte, brieven van de notaris en de offerte van de aflossingsvrije hypotheek van de Postbank (productie 47 memorie van antwoord). Ook heeft [verweerder] bankafschriften overgelegd waaruit de bijschrijving van de Postbank op 9 mei 2001 en vervolgens de afschrijving aan Bank Labouchere op 6 juni 2001 op te zien zijn (productie 47 memorie van antwoord).