Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
informantenzijn aangemerkt:
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de rechthebbende tegen een beschikking van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Nederland, waarin toestemming is verleend voor de verkoop van zijn woning door de bewindvoerder. De rechthebbende, geboren in 1945 en gediagnosticeerd met vasculaire dementie, woont sinds 2019 in een zorghuis. De bewindvoerder had verzocht om een machtiging om de woning te verkopen, omdat de rechthebbende niet meer in staat was om zelfstandig in zijn woning te wonen. De kantonrechter verleende deze machtiging, wat leidde tot het hoger beroep van de rechthebbende. Het hof oordeelt dat de rechthebbende ontvankelijk is in zijn hoger beroep, ondanks het verweer van de bewindvoerder dat er geen toestemming was voor het instellen van het hoger beroep. Het hof stelt vast dat de rechthebbende als belanghebbende moet worden aangemerkt en dat hij recht heeft op toegang tot de rechter. Het hof bekrachtigt de beslissing van de kantonrechter, omdat de verkoop van de woning in het belang van de rechthebbende is, gezien zijn gezondheidstoestand en de onrust die de woning veroorzaakte. De rechthebbende had verzocht om schadevergoeding, maar dit verzoek wordt afgewezen. De kosten van de procedure worden niet ten laste van de bewindvoerder gebracht.