Uitspraak
1.Het verdere verloop van de procedure tot herroeping
2.De vaststaande feiten
3.De vordering tot herroeping
opnieuw recht te doen middels heropening van de procedure in de stand van zaken waar deze zich in bevond voor sluiting van het onderzoek."
om reden dat zij door bedrog en achterhouden van stukken van beslissende aard tot stand zijn gekomen en dit bedrog en het achterhouden de curatoren kan worden aangerekend."
4.De beoordeling van de vordering tot herroeping
Ook het verzoek om aanhouding in afwachting van de beslissing door de rechtbank op het verzoek tot ontslag van mr. Looijen als curator wordt afgewezen, omdat niet is toegelicht dat en hoe die beslissing relevant kan zijn voor de in deze herroepingszaak ingestelde vordering.
door de curator, (ii) dat de curator een verwijt valt te maken van het achterhouden van stukken en (iii) dat en waarom het hof anders zou hebben beslist indien het van de ware feiten op de hoogte was geweest.