ECLI:NL:GHARL:2019:6745

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
20 augustus 2019
Publicatiedatum
20 augustus 2019
Zaaknummer
200.251.112
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep over de beëindiging van een franchiseovereenkomst en de verplichtingen van de franchisenemer

In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door twee appellanten tegen de besloten vennootschap Select & Match B.V. De zaak betreft de beëindiging van een franchiseovereenkomst en de verplichtingen die voortvloeien uit deze overeenkomst. De kantonrechter had in eerste aanleg geoordeeld dat de appellanten hoofdelijk moesten betalen voor backofficekosten, maar de appellanten stelden dat deze verplichting onredelijk bezwarend was en hebben deze vernietigd. Het hof heeft in hoger beroep de feiten zoals vastgesteld in het eindvonnis van de kantonrechter overgenomen en heeft de grieven van de appellanten beoordeeld. De eerste grief van de appellanten, die zich richtte tegen de beëindiging van de overeenkomst, werd gegrond bevonden. Het hof oordeelde dat de franchiseovereenkomst voortduurde en dat de appellanten niet verplicht waren om de backofficekosten te betalen. De tweede grief, die ook ten overvloede werd besproken, werd eveneens gegrond verklaard. Het hof vernietigde het eindvonnis van de kantonrechter en wees alle vorderingen van Select & Match af. Tevens werd Select & Match veroordeeld in de proceskosten van beide instanties.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem
afdeling civiel recht, handel
zaaknummer gerechtshof 200.251.112
(zaaknummer rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, 6293531)
arrest van 20 augustus 2019
in de zaak van

1.[appellant 1]

2
[appellant 2] ,echtgenote van
[appellant 1],
beiden wonende te [woonplaats] ,
appellanten,
in eerste aanleg: gedaagden,
hierna: [appellanten] ,
advocaat: mr. S.G. Blasweiler,
tegen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Select & Match B.V.,
gevestigd te Capelle aan den IJssel,
geïntimeerde,
in eerste aanleg: eiseres,
hierna: Select & Match,
niet in hoger beroep verschenen.

1.Het geding in eerste aanleg

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar de inhoud van de vonnissen van 22 november 2017 (comparitievonnis) en van 5 september 2018 (eindvonnis) die de kantonrechter in de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, tussen partijen heeft gewezen.

2.Het geding in hoger beroep

2.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding in hoger beroep van 3 december 2018,
- de verstekverlening van 18 december 2018 tegen Select & Match,
- de memorie van grieven met een nieuwe productie.
2.2
Vervolgens hebben [appellanten] de stukken voor het wijzen van arrest aan het hof overgelegd en heeft het hof arrest bepaald.

3.De vaststaande feiten

Het hof gaat in hoger beroep uit van de feiten zoals beschreven in rov. 2.1 tot en met 2.14 van het eindvonnis.

4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg

Deze zaak gaat over de afwikkeling van een franchiseovereenkomst tussen Select & Match als franchisegever en [appellanten] als franchisenemers (zie de eerste productie bij inleidende dagvaarding). Op vordering van Select & Match heeft de kantonrechter [appellanten] hoofdelijk op grond van artikel 24.3 van die overeenkomst veroordeeld tot betaling van € 6.534 inclusief btw wegens de eerste 12 maandtermijnen (van 1 augustus 2014 tot 1 augustus 2015) aan backofficekosten plus wettelijke rente, € 700 wegens buitengerechtelijke kosten en de proceskosten.

5.De motivering van de beslissing in hoger beroep

5.1
Met hun eerste grief keren [appellanten] zich tegen het oordeel in rov. 4.1 van het eindvonnis dat de overeenkomst is geëindigd na de brief van Select & Match aan [appellanten] van 11 maart 2016 (de tweede productie bij inleidende dagvaarding), waarin [appellanten] zouden hebben berust. Hun tweede grief richten [appellanten] tegen de verwerping in rov. 4.2 tot en met 4.5 van hun beroep op, kort gezegd, een wanverhouding tussen de prestaties van Select & Match en het door hen te betalen bedrag van € 6.534. Hun derde grief hebben zij gericht tegen rov. 4.6 tot en met 4.8 waarin de kantonrechter een eventuele tekortkoming van Select & Match niet aan toewijzing van het gevorderde in de weg vond staan.
5.2
De franchiseovereenkomst geeft in artikel 20.2 aan partijen over en weer de bevoegdheid tot (tussentijdse) ontbinding en biedt in artikel 7.2 uitsluitend aan de franchisenemer(s) de mogelijkheid om het contract vroegtijdig te beëindigen. In een tussentijdse opzeggingsbevoegdheid voor de franchisegever voorziet de overeenkomst niet. De brief van Select & Match van 11 maart 2016 moet volgens de eerste drie alinea’s ervan worden gelezen in het kader van de gevoerde beëindigingsonderhandelingen; in dat kader was Select & Match bereid de looptijd van het contract beperken tot één jaar maar dan maakte zij wel aanspraak op de 12 maandtermijnen van in totaal € 6.534. In deze brief was er geen sprake van opzegging. Daarna hebben partijen, volgens de in hoger beroep niet bestreden rov. 2.12 en 2.13 van het eindvonnis, nog door onderhandeld over een beëindiging in der minne, maar daar zijn zij niet uitgekomen. Nadat [appellanten] bij conclusie van antwoord het bestaan van een (rechtsgeldige) opzegging gemotiveerd hadden betwist, heeft Select & Match, hoewel dit van haar mocht worden verwacht, die opzegging niet, kenbaar, nader feitelijk onderbouwd. Daarom kan niet van een opzegging worden uitgegaan. Dit betekent dat de franchiseovereenkomst voortduurde, zodat de eerste grief slaagt.
5.3
Als zou moeten worden aangenomen dat overeenkomst volgens artikel 7.1 heeft voortgeduurd tot in ieder geval 1 augustus 2016 en als deze toen zou zijn geëindigd, dan geldt ten overvloede het volgende. Artikel 24.3 van de franchiseovereenkomst verplicht de franchisenemer om bij beëindiging ervan (hier dan op 1 augustus 2016) altijd minimaal de € 5.400 (plus btw) aan backofficekosten te betalen. [appellanten] beroepen zich echter op vernietiging van dit artikel als algemene voorwaarde omdat het voor hen onredelijk bezwarend is (zie artikel 6:233, aanhef en onder a. BW) en op strijd met de maatstaven van redelijkheid en billijkheid (zie artikel 6:248 lid 2 BW). Volgens hen functioneerde het backoffice van Select & Match in zijn geheel niet of slechts gedeeltelijk doordat het in de lucht houden van servers enkel gold voor het CRM/HRM systeem en niet voor de pakketten en een database met kandidaten waaruit [appellanten] zouden kunnen putten. Naast de beperkte kosten voor het backoffice heeft Select & Match enkel kosten gemaakt voor de tweedaagse training van een assessment en een halve dag voor het CRM/HRM systeem. De salestraining en de gestelde begeleiding hebben nooit plaatsgevonden. Volgens hen staat de hoogte van deze kosten niet in (een redelijke) verhouding tot de verplichting uit artikel 24.3. Tenslotte achten [appellanten] het artikel onredelijk bezwarend omdat, ongeacht of er nu wel of geen backofficekosten zijn gemaakt, altijd de verplichting bestaat om € 5.400 te betalen. Select & Match hebben dit alles niet weersproken. Daarom moet worden aangenomen dat deze verplichting in artikel 24.3 voor [appellanten] onredelijk bezwarend is, zodat zij haar terecht hebben vernietigd en dat bedrag niet op die grond verschuldigd zijn.
De tweede grief is dus, ten overvloede, ook terecht voorgesteld.
5.4
Onder verwijzing naar een tekortkoming van Select & Match in de nakoming van haar verplichtingen tot verzorging van training, opleiding en herscholing onder artikel 8.1 van de overeenkomst, beroepen [appellanten] zich op opschorting van hun betalingsverplichting op grond van onder meer artikel 6:262 BW.
Gelet op al het hiervoor overwogene behoeft de desbetreffende derde grief echter geen bespreking meer.
5.5
Aangezien aldus van een tekortkoming van [appellanten] niet is gebleken, moet ook de daarop voortbouwende vordering van Select & Match tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten worden afgewezen.

6.De slotsom

6.1
De eerste grief slaagt en, ten overvloede, de tweede grief ook; de derde behoeft geen bespreking meer. Het bestreden eindvonnis zal worden vernietigd en al het gevorderde zal worden afgewezen.
6.2
Als de het ongelijk te stellen partij zal Select & Match worden veroordeeld in de kosten van beide instanties.
De kosten voor de procedure in eerste aanleg aan de zijde van [appellanten] zullen worden vastgesteld op:
- griffierecht (verschotten) € 0
- salaris advocaat € 500 (2 punten x kantontarief € 250).
De kosten voor de procedure in hoger beroep aan de zijde van [appellanten] zullen worden vastgesteld op:
- explootkosten € 103,38
- griffierecht
€ 318,00
totaal verschotten € 421,38
- salaris advocaat € 759,00 (1 punt x appeltarief I).

7.De beslissing

Het hof, recht doende in hoger beroep:
vernietigt het eindvonnis van de kantonrechter in de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, van 5 september 2018 en doet opnieuw recht:
wijst al het door Select & Match gevorderde af;
veroordeelt Select & Match in de kosten van beide instanties, tot aan de bestreden uitspraak aan de zijde van [appellanten] wat betreft de eerste aanleg vastgesteld op nihil voor verschotten en op € 500 voor salaris overeenkomstig het liquidatietarief en tot aan deze uitspraak wat betreft het hoger beroep vastgesteld op € 421,38 voor verschotten en op € 759 voor salaris overeenkomstig het liquidatietarief;
verklaart dit arrest voor zover het de hierin vermelde proceskostenveroordeling betreft uitvoerbaar bij voorraad.
Dit arrest is gewezen door mrs. A.W. Steeg, L.M. Croes en S.M. Evers, en is in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 20 augustus 2019.