Uitspraak
[appellant],
1.[geïntimeerde1] ,
[geïntimeerde1],
[geïntimeerde2],
[geïntimeerden] c.s.,
1.Het geding in eerste aanleg
Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
- naar objectieve maatstaven berekende - kosten van herstel, ook al vindt herstel feitelijk niet, of tegen geringere kosten, plaats. Wanneer herstel niet mogelijk of verantwoord is
- bijvoorbeeld omdat de daarmee gemoeide kosten het bedrag van de als gevolg van de beschadiging opgetreden waardevermindering te zeer overtreffen -, dan dient de aansprakelijke de waarde van de zaak in het economisch verkeer (de ‘marktwaarde’) ten tijde van het verlies te vergoeden, zodat de benadeelde in staat is om zich een vergelijkbare zaak te verwerven (Hoge Raad 7 mei 2004, ECLI:NL:HR:2004:AO2786 en
“De tien gouden snoeiregels”overgelegd waarin staat
“Te sterke groei heeft wortelsterfte tot gevolg”. Uit het vonnis van de kantonrechter van 9 januari 2018 blijkt echter dat de kantonrechter ter plaatse op 7 november 2017 heeft vastgesteld dat de laurierhaag na het snoeien op 24 april 2017 weer is uitgelopen en dat de kantonrechter niet is gebleken van schade aan onder meer het wortelgestel van de laurierhaag. In hoger beroep heeft [appellant] niet weersproken dat de laurierhaag is uitgelopen, maar heeft hij aangevoerd dat hieruit niet kan worden afgeleid dat de laurierhaag gezond en niet onherstelbaar beschadigd is. [appellant] heeft verder opnieuw verwezen naar de in eerste aanleg overgelegde internetpagina.