Uitspraak
- de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem van 5 augustus 2011, waarbij de terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege werd opgelegd;
- de beslissing van de rechtbank Overijssel, locatie Almelo van 23 april 2015 waarbij de verpleging van overheidswege voorwaardelijk is beëindigd;
- de beslissing van de rechter-commissaris in de rechtbank Overijssel, locatie Almelo van 3 januari 2018, waarbij de vordering van het openbaar ministerie tot voorlopige hervatting van de verpleging van overheidswege is toegewezen en de voorlopige verpleging is bevolen;
- de beslissing van de rechtbank Overijssel, locatie Almelo van 13 februari 2018 waarbij de hervatting van de verpleging van overheidswege is bevolen en de beslissing van dit hof van 6 september 2018 waarbij de beslissing van 13 februari 2018 is bevestigd met aanvulling van gronden;
- het verlengingsadvies van FPC Pompestichting van 25 oktober 2018, met daarbij de wettelijke aantekeningen over de periode van 9 juli 2018 tot en met 19 oktober 2018;
- de vordering van de officier van justitie, ingekomen op 21 november 2018;
- het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg;
- de beslissing waarvan beroep;
- de akte van beroep van de terbeschikkinggestelde van 11 februari 2019;
- de aanvullende informatie van FPC De Pompestichting van 9 april 2019, opgemaakt door [naam] , behandelcoördinator.
Overwegingen:
Beslissing
[naam terbeschikkinggestelde].
296 (tweehonderdzesennegentig dagen).