Ook De Amersfoortse heeft een aantal bezwaren geuit tegen het rapport van de arbeidsdeskundige.
De arbeidsdeskundige heeft op grond van de door de verzekeringsarts De Vries geconstateerde beperkingen in het sociale functioneren (hiervoor in 2.11 omschreven onder b, samengevat: beperkingen in het uiten van eigen gevoelens, in het omgaan met conflicten en in leidinggeven) 100% uitval aangenomen voor het houden van functioneringsgesprekken met medewerkers, 75% uitval voor leidinggeven en 75% uitval voor debiteurenbeheer.
Volgens De Amersfoortse is het in de eerste plaats onbegrijpelijk dat de arbeidsdeskundige [Appellant] theoretisch in staat acht de helft van de functioneringsgesprekken met medewerkers zelf te houden, maar toch volledige uitval aanneemt.
Het hof begrijpt de redenering van de arbeidsdeskundige zo dat [Appellant] alleen volledig beperkt is om functioneringsgesprekken te houden met niet goed functionerende medewerkers, maar dat het in de praktijk niet goed mogelijk is in te schatten of een gesprek in deze categorie valt en voor hoeveel van de functioneringsgesprekken die moeten worden gehouden dit geldt, zodat de arbeidsdeskundige daarom tot 100% uitval komt. Deze redenering acht het hof wel degelijk begrijpelijk en voldoende onderbouwd.
De arbeidsdeskundige heeft aangenomen dat in het kader van debiteurenbeheer zowel persoonlijke gesprekken plaatsvinden (geschat aandeel 50%) als schriftelijk en telefonisch overleg (de overige 50%). Ter zake de persoonlijk gesprekken is 100% uitval aangenomen, gelet op de beperkingen van [Appellant] en voor schriftelijk/telefonisch overleg 50% van het aandeel van 50% in het totale debiteurenbeheer (omdat [Appellant] na ieder overleg enkele minuten recuperatie nodig heeft), zodat de arbeidsdeskundige voor de taak als geheel een uitval van 75% aanneemt. Het bezwaar van De Amersfoortse richt zich daar op dat de verzekeringsarts alleen een recuperatietijd nodig vindt na contact met agressieve en onredelijke mensen. Ook hiervoor geldt naar het oordeel van het hof dat het in de praktijk niet goed mogelijk is in te schatten of een contact in deze categorie valt en voor hoeveel van de genoemde contacten dat geldt. De weging van de arbeidsdeskundige leidend tot een uitval van 75% voor de totale taak acht het hof daarmee redelijk en voldoende onderbouwd.
De arbeidsdeskundige heeft voorts voor de taak leidinggeven een uitval van 75% aangenomen. Voor het vertegenwoordigen van het bedrijf naar buiten toe (geschat aandeel 50%) heeft de arbeidsdeskundige volledige arbeidsongeschiktheid aangenomen. Gelet op de beperkte mogelijkheden om het geven van leiding en instructie aan lager personeel (de overige 50% van de taak leidinggeven) naar buiten de kantoortuin te verplaatsen heeft de arbeidsdeskundige een uitval van 75% voor de totale taak aangenomen. Ook indien aangenomen wordt dat de deskundigheid en ervaring van de medewerkers sinds de start van het bedrijf zal zijn toegenomen, waardoor minder aansturing van [Appellant] nodig was, leidt dit nog niet tot de conclusie dat genoemd oordeel van de arbeidsdeskundige, gebaseerd op een beredeneerde schatting van de uitval op de gehele taak van leidinggeven, onjuist is.