Uitspraak
[appellant],
de stichting,
1.Het verloop van de procedure in eerste aanleg
2.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de appeldagvaarding van 20 april 2018;
- de verstekverlening op 4 september 2018;
- de memorie van grieven (met producties).
3.De vaststaande feiten
14 september 2016 de enige bestuurder) van iFix Today Holding B.V. (hierna: iFix Holding). iFix Holding was bestuurder en enig aandeelhouder van iFix Today B.V. (hierna: iFix Today). Van 16 februari tot 14 september 2016 was ook de heer [B] (hierna: [B] ) bestuurder van iFix Holding.
(€ 1.300,- exclusief btw per maand, te vermeerderen met € 80,20 exclusief btw per maand als voorschot op de servicekosten). De huurovereenkomst is vastgelegd in een schriftelijk huurcontract dat op 2 november 2016 door [appellant] als middellijk bestuurder van iFix Today is ondertekend. In het huurcontract is vermeld dat iFix Today wordt vertegenwoordigd door iFix Holding, op haar beurt rechtsgeldig vertegenwoordigd door [appellant] en [B] (hierna: [B] ). [B] heeft het contract niet ondertekend en was ten tijde van de ondertekening van het contract ook geen bestuurder meer van iFix Holding. In het Handelsregister is vermeld dat hij op 14 september 2016 is uitgetreden als bestuurder.
In het huurcontract is vermeld (artikel 15) dat over de periode van 1 september 2016 tot en met 31 oktober 2016 geen huur verschuldigd is (wel servicekosten), dat van
Verder is vermeld (artikel 16) dat in afwijking van artikel 3.1 en 3.4, waarin is vastgelegd dat de huurovereenkomst is aangegaan voor de duur van vijf jaar en dat slechts tegen het einde van deze periode kan worden opgezegd, huurder de mogelijkheid heeft om de huurovereenkomst tussentijds te beëindigen per 1 maart 2018 met inachtneming van een opzegtermijn van zes maanden.
4.De vorderingen en de beslissingen in eerste aanleg
De vorderingen van de stichting tegen iFix Holding en [appellant] zijn - kort gezegd - gebaseerd op bestuurdersaansprakelijkheid, waartoe de stichting zich beroept op de zogenoemde Beklamelgrondslag.
In de verzetprocedure heeft de stichting haar eis gewijzigd, in die zin dat zij geen aanspraak meer maakt op de boete (maar in plaats daarvan op de wettelijke rente), de vordering betreffende de huurachterstand heeft geactualiseerd tot en met juli 2017 en aanspraak maakt op buitengerechtelijke kosten en schadevergoeding wegens huurderving (deels op te maken bij staat).
De kantonrechter heeft, recht doende op de gewijzigde eis van de stichting jegens [appellant] , [appellant] veroordeeld tot betaling aan de stichting van een bedrag van € 12.799,68 (achterstallige huur tot aan het einde van de huurovereenkomst), te vermeerderen met wettelijke rente en schadevergoeding op te maken bij staat wegens gederfde huurinkomsten vanaf
5.5. De bespreking van de grieven
grief 1komt [appellant] op tegen het oordeel van de kantonrechter dat hij, omdat het onbehoorlijk bestuur van iFix Holding vaststaat en hij enig bestuurder van iFix Holding is, zich niet kan disculperen.
gaan dat iFix Holding bij het namens iFix Today aangaan van de huurovereenkomst met de stichting wist of redelijkerwijze behoorde te begrijpen dat iFix Today niet haar verplichtingen zou kunnen voldoen en geen verhaal zou bieden.
grief 2komt [appellant] op tegen de omvang van de door de kantonrechter toegewezen schadevergoeding. Volgens [appellant] heeft de kantonrechter hem ten onrechte niet alleen veroordeeld tot betaling van onbetaald gebleven huur tot 1 augustus 2017
(€ 12.799,68 met wettelijke rente), maar ook tot betaling van de gederfde huurinkomsten van de stichting vanaf 1 augustus 2017. Volgens [appellant] had de kantonrechter deze laatste vordering dienen te beperken tot 1 maart 2018. Hij voert daartoe aan dat de huurovereenkomst een breakoptie (artikel 16 van het huurcontract) bevat die tussentijdse beëindiging van de overeenkomst door de huurder per 1 maart 2018 mogelijk maakte.