ECLI:NL:GHARL:2018:9110
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over renteswapovereenkomsten en de gevolgen van de manipulatie van Euribor
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [naam] Investments B.V. tegen De Volksbank (voorheen SNS Bank N.V.) met betrekking tot renteswapovereenkomsten. [naam] heeft twee renteswapovereenkomsten gesloten met SNS, waarbij zij een vaste rente betaalt en SNS een variabele rente op basis van 1-maands Euribor. De renteswaps waren bedoeld om fluctuaties in de variabele financieringsrente op te vangen. In eerste aanleg heeft de rechtbank de vorderingen van [naam] afgewezen op grond van verjaring, omdat zij volgens de rechtbank al in september 2008 op de hoogte was van de risico's verbonden aan de renteswapovereenkomsten.
In hoger beroep heeft [naam] haar vorderingen gewijzigd en stelt zij dat de manipulatie van Euribor en de systeemwijzigingen die sinds oktober 2008 hebben plaatsgevonden, onvoorziene omstandigheden zijn die een beroep op ontbinding van de renteswapovereenkomsten rechtvaardigen. Het hof overweegt dat de onvoorziene omstandigheden niet van dien aard zijn dat SNS geen ongewijzigde instandhouding van de contractuele rechtsverhouding mag verwachten. Het hof concludeert dat de vorderingen van [naam] zijn verjaard en dat SNS niet aansprakelijk is voor de schade die [naam] heeft geleden door de manipulatie van Euribor.
Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank en veroordeelt [naam] in de kosten van het hoger beroep. De uitspraak is gedaan op 16 oktober 2018 door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.