Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
zij in de periode van 22 november 2014 tot en met 23 november 2014, althans op één of meer tijdstippen in de periode van 01 november 2014 tot en met 23 november 2014 te IJsselmuiden, gemeente Kampen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer] opzettelijk en met voorbedachten rade van het leven te beroven, één of meermalen, op een moment dat die [slachtoffer] in slaap was, een grote hoeveelheid, althans een hoeveelheid insuline in diens lichaam heeft gespoten, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
zij in de periode van 22 november 2014 tot en met 23 november 2014, althans op één of meer tijdstippen in de periode van 01 november 2014 tot en met 23 november 2014 te IJsselmuiden, gemeente Kampen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan haar echtgenoot [slachtoffer] , althans een persoon opzettelijk en met voorbedachten rade zwaar lichamelijk letsel toe te brengen één of meermalen, op een moment dat die [slachtoffer] in slaap was, een grote hoeveelheid, althans een hoeveelheid insuline in diens lichaam heeft gespoten, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
zij in de periode van 22 november 2014 tot en met 23 november 2014, althans op één of meer tijdstippen in de periode van 01 november 2014 tot en met 23 november 2014 te IJsselmuiden, gemeente Kampen, met voorbedachten rade haar echtgenoot [slachtoffer] , althans een persoon heeft mishandeld door één of meermalen, op een moment dat die [slachtoffer] in slaap was, een grote hoeveelheid, althans een hoeveelheid insuline in diens lichaam te spuiten;
zij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 oktober 2014 tot en met 11 juni 2015 in de gemeente Kampen meermalen, althans éénmaal opzettelijk verschillende soorten medicijnen, waaronder insuline, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele toebehoorde(n) aan het Woonzorgcentrum [naam] en/of [betrokkene] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, en welke medicijnen verdachte telkens uit hoofde van haar persoonlijke dienstbetrekking van/als verzorgende bij dat woonzorgcentrum, in elk geval anders dan door misdrijf onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
Overwegingen ter zake feit 1 primair (poging moord / doodslag)
Bewezenverklaring
zij in de periode van 22 november 2014 tot en met 23 november 2014
, althans op één of meer tijdstippen in de periode van 01 november 2014 tot en met 23 november 2014te IJsselmuiden, gemeente Kampen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan haar echtgenoot [slachtoffer]
, althans een persoonopzettelijk en met voorbedachten rade zwaar lichamelijk letsel toe te brengen
één of meermalen, op een moment dat die [slachtoffer] in slaap was,
een grote hoeveelheid, althanseen hoeveelheid insuline in diens lichaam heeft gespoten, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
zij
op één of meer tijdstippenin of omstreeks de periode van 1 oktober 2014 tot en met 11 juni 2015 in de gemeente Kampen meermalen
, althans éénmaalopzettelijk verschillende soorten medicijnen, waaronder insuline,
in elk geval enig goed, dat/die
geheel of ten deletoebehoorde
(n
)aan het Woonzorgcentrum [naam]
en/of [betrokkene] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,en welke medicijnen verdachte telkens uit hoofde van haar persoonlijke dienstbetrekking
van/als verzorgende bij dat woonzorgcentrum
, in elk geval anders dan door misdrijf onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden.
8 (acht) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte:
- zich voor het einde van een proeftijd van
- gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van haar identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden, of;
- geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
- zich gedurende de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland, op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zo lang deze instelling dat nodig acht;
- zich ambulant laat behandelen bij een forensische polikliniek, ter beoordeling van de reclassering, indien en zo lang de reclassering dit noodzakelijk acht. Verdachte zal zich dan houden aan de regels die door of namens de leiding van die polikliniek zullen worden gegeven;
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
€ 5.000,00 (vijfduizend euro) ter zake van immateriële schade.
€ 5.000,00 (vijfduizend euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
60 (zestig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.