9.21uur: bloedglucosewaarde 4,1 mmol/l
IN HET ZIEKENHUIS waren de glucosewaarden eerste dagen ook zeer wisselend.
24/11/15: 20.06u: 3.5 (extra glucose toegediend)
±22.00u: 2.3 (extra glucose toegediend)
24.00u 8.4
25/11/15: 4.00u: 3.2 (extra glucose toegediend)
5.00u: 4.2 (extra glucose toegediend) (…)
Omdat andere lichamelijke oorzaken (zoals bijvoorbeeld een nog niet onderkende diabetes of insuline-vormende tumoren) zijn uitgesloten en er reststoffen van niet lichaamseigen insuline in het lichaam zijn aangetroffen is geconcludeerd dat de hypo is veroorzaakt door van buitenaf toegediende insuline. (…)
Het optreden van een hypo geeft hij uitsluiting van spontane ziekte of diabetes aan dat er een aanzienlijke hoeveelheid insuline is binnen gekomen in het lichaam van BE. (…)
Insuline kan alleen via een injectie of andere vergelijkbare methode worden toegediend. (…)
3.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 27 oktober 2015, pagina 199-210, onder meer inhoudende:
(…) V: We zijn gisteren geeindigd over insuline. Hier hebben we nog wat vragen over. Je hebt al aangeven dat je VIG opgeleid bent en dat je om die reden ook medische handelingen mag verrichten waaronder het inspuiten van insuline. Wat kun jij ons vertellen over de werking van insuline? (…)
A: Die zorgen dat de bloedsuikers op peil blijven. (…)
V: Want wat gebeurd er dan als je niet bijspuit?
A: Dan krijg je klachten.
V: Wat zijn die klachten?
A: (…) Voor beide is een heel rijtje aan klachten. (…) Ik heb ze wel geleerd. (…)
V: Als iemand geen suikerziekte heeft en toch insuline toegediend krijgt. Wat gebeurt er dan met zo’n persoon?
A: Dan zal die bloedsuiker te laag worden dan maak je teveel suikers aan.
V: Wat gebeurt er dan met die persoon?
A: Je kunt zweterig worden, je wordt dubbelig hiermee bedoel ik duizelig.
V: Stel dat het nog lager wordt?
A: Dan kun je volgens mij in coma raken. (…)
A: Oke, ik heb bij [slachtoffer] insuline ingespoten (…). Ik wilde dit doen omdat ik niet steeds wilde dat hij met haar zat te appen.
V: (…) Want komt de gedachte bij jou op dat je dit wilde doen?
A: Ik dacht hij moet een beetje suffig blijven zodat hij niet meer kan appen.
V: Hoe ver voor dat weekend heb jij dat bedacht?
A: Misschien gaan er wel een paar weken over een dat weet ik niet.
(…) We weten dat je ook insuline hebt meegenomen?
A: Dat klopt. Het waren meerdere pennen een stuk of twee.
V: Wanneer neem je die pennen mee naar huis?
A: Ongeveer een maand daarvoor.
V: Waar heb je die pennen dan gelaten?
A: Die had ik verstopt in de kast in de douche. (…)
V: Hoe gaat het dan verder?
A: Het was die zaterdag op zondagnacht. Hij lag heel diep te slapen. Ik denk dat het midden in de nacht was zo rond 02.00 uur. Ik heb toen de pen gepakt.
V: Wat denk je dan?
A: Ik wilde dat hij stopte met appen.
V: Je bent wakker om 02.00 uur en wat doe je dan. We gaan het stap voor stap doen?
A: Ik ben het bed uitgegaan en heb de spuit uit de kast gehaald. Ik heb toen ongeveer zes eenheden opgedraaid en heb toen de spuit in zijn kont gestoken. Dit gebeurde door zijn onderbroek heen. (…)
4.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 28 oktober 2015, pagina 211-220, onder meer inhoudende:
(…) V: Waarom nam jij insulinepennen mee naar huis?
A: Om [slachtoffer] te spuiten.
V: Hoeveel spuiten zie je hier liggen?
A: Ik zie hier vijf.
V: Je wilde [slachtoffer] inspuiten. Leg eens uit waarom jij vijf spuiten mee heb genomen.?
A: Ik wilde hem suf maken.
V: We zien op de foto vijf pennen. Je hebt gisteren verklaard dat je een stuk of twee hebt weggenomen uit [woonzorgcentrum] . (…) Hoe kom je dan aan vijf pennen?
A: Er komt er twee bij [naam 2] vandaan, dat zijn de oranje pennen. De grijze komt bij [naam 3] vandaan. De zwarte pennen komen bij een mevrouw vandaan op afdeling 3. Ik heb de pennen van [naam 3] en die van de mevrouw van afdeling 3 heb ik uit de koelkast gehaald. (…)
A: Ik heb die drie pennen bewust meegenomen omdat ik [slachtoffer] wilde inspuiten. (…)
V: (…) Wanneer heb jij die pennen meegenomen?
A: Vlak voordat het gebeurd is.
V: Wat is vlak daarvoor?
A: Ongeveer een maand.
V: Wat had je dan bedacht om te doen met de pennen?
A: Ik wilde [slachtoffer] suf houden zodat hij niet meer kon appen. (…) Ik wilde hem een paar eenheden ingeven zodat ik een paar dagen rust kreeg. (…)
V: Hoe ben je op dit idee gekomen?
A: (…) Ik heb een keer op internet gelezen dat een vader zijn kind met insuline had gespoten. Dat kind was een paar dagen de weg kwijt. (…)
V: (…) Wat maakt dan dat je hem niet meteen laat stoppen?
A: Dan was het weer zo dat het weer een tijdje goed en dan beloofde [slachtoffer] mij weer dat hij het niet meer zou doen. Ik geloofde hem dan weet gewoon. Of ik wilde hem geloven. Dat is de reden geweest dat ik niet meteen heb gespoten. (…)
5.
Een geschrift, zijnde de rapportage in opdracht van de rechter-commissaris, van 26 september 2016, waarin rapporteur dr. J.D. Banga, internist, onder meer het volgende heeft gerapporteerd (pagina 1 tot en met 5):
(…) Kan het toedienen van zes (6) eenheden insuline (uitgesplitst naar langwerkende en kortwerkende insuline) bij een gezond persoon die niet aan diabetes lijdt leiden tot dood of letsel en zo ja, welk letsel?
(…) Een lage dosering van 6-8 eenheden zal geringe hypoglycemie met weinig klachten of verschijnselen veroorzaken, geen blijvend letsel. (…) Wanneer wordt uitgegaan van het toedienen van 7 a 8 eenheden insuline: hiervoor geldt in principe het bovenstaande.
Het effect van 7-8 eenheden langwerkende insuline verschilt niet essentieel van dat van 6 eenheden. (…)
Vraag 3.
Bij [slachtoffer] is op 24 november 2014 bij een bloedmeting een glucosewaarde van 1,6 mmol/l geconstateerd. De oorzaak wordt geduid als exogeen. Is een andere oorzaak dan toedienen van insuline uit te sluiten?
(…) Uit het totaal aan gegevens blijft maar één mogelijke oorzaak over: aanhoudende hypoglycemie ten gevolge van hoge dosering(en) exogeen, “van buiten”, toegediende insuline.
Vraag 4.
Kan hieruit worden afgeleid dat de bij de eerste meting gemeten 1,6 mmol/l niet het dieptepunt zou zijn geweest op het moment dat niet medisch was ingegrepen?
De meting van 1.6 mmol/l (meting rond 7 uur door ambulancepersoneel) zou in geval dat er niet medisch was ingegrepen mogelijk niet het dieptepunt zijn geweest, en op zijn minst zou de hypoglycemie (abnormaal lage bloedglucosewaarde) langer aangehouden hebben. Dit is af te leiden uit de later tijdens opname gemeten lage glucosewaarden, ondanks de in die episode meermalen toegediende glucose. Dit past bij een depot-effect dat optreedt wanneer een hoeveelheid insuline nog als een vloeistofbel op de injectieplaats als een soort stuwmeer aanwezig is en waaruit over een episode langer dan een etmaal nog insuline vrijkomt in de bloedsomloop. (…) Bij waarden van 1-2 mmol/l kunnen naast agressief gedrag ook convulsies en coma optreden. Bij aanhoudende ernstige hypoglycemie met glucosewaarden lager dan 1 mmol/l kan blijvende hersenschade optreden. (…)
Tijdlijn: De tijdlijn van geobserveerde lage bloedsuikerwaarden suggereert dat de toegediende hoeveelheid insuline (veel) meer is geweest dan 6-8 eenheden en dat er sprake is geweest van depotwerking.
De heer [slachtoffer] zou op zondag 23 november 2014 om 02:00 uur insuline zijn ingespoten.
Ruim een etmaal later, namelijk 29 uur later, op maandagochtend 24 november 2014 rond 7 uur, is hij niet wekbaar en wordt bij hem door het ambulancepersoneel een bloedglucosewaarde van 1.9 mmol/l gemeten.
Dan zijn er twee mogelijkheden:
1e Er is op 23 november rond 02:00 uur veel meer insuline toegediend dan verklaard; en / of
2e Er is op een later tijdstip (of tijdstippen) nogmaals een hoge dosis insuline toegediend.
Uitgaande van de juistheid van tijdstip van toedienen, dus 29 uur eerder, en daarna niet meer:
Kortwerkende insuline in een dosering van 6 tot 8 eenheden zou al veel eerder dan na 29 uur volledig uitgewerkt zijn.
Het effect van langwerkende insuline kan grofweg een etmaal aanhouden. Bij zeer hoge doseringen kan depotwerking optreden, met lang aanhoudende hypoglycemie als gevolg.
Als er inderdaad 6-8 eenheden is toegediend, zou 29 uur na toediening een normale
glucoseconcentratie gemeten zijn, want een langer aanhoudende hypoglycemie (te lage
bloedsuikerwaarde) is met een dergelijke lage dosering uitgesloten.
De tijd verlopen tussen het veronderstelde moment van injectie en meting van lage glucosewaarden tot ruim 2 etmalen daarna kan alleen worden verklaard door toediening van een (veel) hogere dosis insuline, resulterend in een depot-effect.
Een depot-effect treedt op wanneer grote hoeveelheden insuline worden ingespoten. Men moet dan denken aan hoeveelheden in de orde van vele tientallen, eerder honderden, eenheden. Als een grote hoeveelheid insuline (bijvoorbeeld 100 eenheden) zou zijn gespoten, ontstaat een grote vloeistofbel van insuline in het weefsel, waarvan aan de oppervlakte insuline over langere tijd (langer dan een etmaal) vrijkomt. Daarmee wordt het effect in de tijd op de glucosespiegel onvoorspelbaar, want de hypoglycemie blijft in stand zolang nog insuline in het depot aanwezig is. Door correctie van een lage glucose (bloedsuiker) spiegel met toegediende glucose wordt het bloedsuikergehalte tijdelijk genormaliseerd, maar na uitwerking hiervan daalt het bloedsuikergehalte opnieuw door de nog steeds vrijkomende insuline. Deze situatie blijft bestaan totdat de inhoud van het insulinedepot geleidelijk volledig is opgenomen in de bloedsomloop. Dit proces kan afhankelijk van de omvang van het depot lang aanhouden (meerdere etmalen). De vastgestelde lage glucosewaarden in de loop van 24 november en in de vroege ochtend van 25 november duiden daarop. (…)
6.
Een geschrift, zijnde medische verklaringen / onderzoek door deskundige, van 29 juli 2016, waarin rapporteur S.J.Th. van Kuijk, forensisch arts, onder meer het volgende heeft gerapporteerd (pagina 1 tot en met 3):
(…) 1a) Kan het toedienen van zes (6) eenheden insuline (uitgesplitst naar langwerkende en kortwerkende insuline) bij een gezond persoon die niet aan diabetes lijdt leiden tot dood of letsel en zo ja, welk letsel?
(…) Het is niet aannemelijk dat 6 E insuline bij een gezond persoon tot (…) letsel zal leiden. Bij langwerkende insuline komt de hoeveelheid insuline geleidelijk aan vrij en is de effectieve dosis nog veel lager dan 6 E (…).
7.
De verklaring van verdachte zoals afgelegd ter terechtzitting van 25 februari 2016, onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
(…) In de nacht van zaterdag 22 november 2014 op zondag 23 november 2014 heb ik mijn ex-man [slachtoffer] insuline toegediend. Ik werd ’s-nachts wakker en terwijl mijn ex-man sliep heb ik hem zes eenheden insuline toegediend. (…) Vanuit mijn beroep ben ik bekend met de werking van insuline en heb ik ervaring met het toedienen van insuline bij een patiënt. (…)
1.
Het proces-verbaal van aangifte van [naam 1] , directeur van [woonzorgcentrum] , van 28 oktober 2015, met bijlage, pagina 172-175, onder meer inhoudende:
(…) [verdachte] was verzorgende zorg en welzijn en zij had de opleiding gevolgd voor verzorgende individuele gezondheidszorg. In deze functie had zij de beschikking over alle medicatie die voorradig was binnen [woonzorgcentrum] . (…) Ik heb begrepen dat [verdachte] ook orders namens cliënten van [woonzorgcentrum] plaatste bij de apotheek zodat zij deze tijdens haar dienst kon wegnemen. Dit is in geen geval toegestaan en heeft dan ook plaatsgevonden
zonder toestemming en/of goedkeuring. (…) Op een gegeven moment werd door [naam 4] verschillende medicatie getoond die door [verdachte] werd weggenomen. U laat mij nu een lijst zien, dit is de lijst van de medicatie die door [verdachte] werd weggenomen. (…)
2.
Bijlage a bij het proces-verbaal van aangifte van [naam 1] , directeur van [woonzorgcentrum] , van 28 oktober 2015, pagina 175:
[overzicht medicatie bewoners woonzorgcentrum]
3.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 26 oktober 2015, pagina 187-198, onder meer inhoudende:
(…) Ik heb Instaniel Neusspray weggenomen bij [woonzorgcentrum] . (…) Ik heb drie flesjes meegenomen. (…)
4.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte van 28 oktober 2015, pagina 211-220, onder meer inhoudende:
(…) V: We gaan terug met jou naar de diefstal van medicatie bij [woonzorgcentrum] (…). Je hebt aangegeven in je verklaring dat jij drie keer neusspray hebt meegenomen naar huis op naam van een bewoner van [woonzorgcentrum] en dat je een stuk of twee insulinepennen hebt meegenomen. In hoeverre heb jij nog vaker medicatie weggenomen uit [woonzorgcentrum] en meegenomen naar huis?
A: Ik heb wel wat pijnstilling meegenomen. Pleisters en pijnstilling. Die pleisters zijn Fentanylpleisters en Oxiycondon. (…)
V: Wanneer heb je deze meegenomen dan?
A: Ik denk ongeveer vier of vijf maanden voor juni. (…)
V: Hoe lang heb jij medicijnen uit de bak gehaald?
A: Ik denk dat ik ongeveer vier maanden lang medicijnen uit de bak heb gehaald. (…)
V: Je zegt dat je twee of drie insulinepennen hebt meegenomen. Hoe kom je daar aan?
A: Die komen dan bij de bewoner weg. (…) Van [naam 5] heb ik volgens mij Dormicum meegenomen. (…)
V: We zien op de foto vijf pennen. Je hebt gisteren verklaard dat je een stuk of twee hebt weggenomen uit [woonzorgcentrum] . (…) Hoe kom je dan aan vijf pennen?
A: Er komt er twee bij [naam 2] vandaan, dat zijn de oranje pennen. De grijze komt bij [naam 3] vandaan. De zwarte pennen komen bij een mevrouw vandaan op afdeling 3. Ik heb de pennen van [naam 3] en die van de mevrouw van afdeling 3 heb ik uit de koelkast gehaald. (…)
5.
De verklaring van verdachte zoals afgelegd ter terechtzitting van 25 februari 2016, onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
(…) De medicijnen die ik van mijn werk heb weggenomen waren medicijnen uit de retourbak. Ik heb de medicijnen een half jaar voor mijn ontslag meegenomen. (…)