Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[geïntimeerde1] ,
[geïntimeerde2] ,
[geïntimeerde3] ,
[geïntimeerde4] ,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.De motivering van de beslissing in hoger beroep
”Mijn denken stottert vaak meer dan mijn benen”en als ondertitel:
“Hoe mensen Parkinson ervaren”. Uit die citaten volgt dat Nouws tot de conclusie komt dat de ziekte van Parkinson effect heeft op voelen, denken en handelen en in een vergevorderd stadium zo ernstig kan zijn dat in wezen sprake is van een demente staat. [geïntimeerde1] heeft volgens [appellante] een abjecte rol gespeeld in het laatste levensjaar van [C] . Hij verscheen in oktober 2013 ten tonele, bemoeide zich overal mee en zette [appellante] aan de kant. Hij nam bezit van de bankpas van [C] en van zijn huissleutels. Hij nam [C] die doodziek was zonder medeweten van [appellante] en de verpleging mee in zijn auto. Hij heeft een foto van zijn kind op de kast bij [C] gezet. Hij heeft een algemene volmacht van [C] aan zichzelf op papier gezet waardoor hij het beheer van het vermogen van [C] en zijn administratie ging verzorgen. Deze volmacht is niet ondertekend door [C] . Op 2 december 2013 trof [appellante] [C] ’s-avonds totaal over zijn toeren en zeer ernstig verzwakt aan in Dekkerswald. [C] heeft [appellante] toen verteld dat [geïntimeerde1] hem had meegenomen naar de notaris vanwege de volmacht. [appellante] is ervan overtuigd dat [geïntimeerde1] [C] heeft bewogen zijn testament te wijzigen. [geïntimeerde1] heeft haar valselijk ervan beschuldigd geld van [C] te hebben verduisterd. Hij heeft ook bij [C] de indruk gewekt dat zij dat heeft gedaan, waardoor het wantrouwen van [C] jegens haar werd gevoed en versterkt. [geïntimeerde1] voedde op onverantwoorde wijze het verlangen van [C] om weer naar huis te mogen. [geïntimeerde1] is met [C] op 25 november 2013 naar oud-notaris Van Mourik gegaan voor het maken van een nieuw testament en voerde daar het woord. [geïntimeerde1] belde op 26 november 2013 de kandidaat-notaris dat het passeren van het testament een week moest worden uitgesteld vanwege “reuring”. [geïntimeerde1] nam de regie over [C] van [appellante] over en belde zelfs enkele dagen voor het overlijden van [C] met het UMC dat hij de contactpersoon was. Ook als executeur in de nalatenschap van [C] heeft [geïntimeerde1] niet correct opgetreden en gehandeld jegens [appellante] . Vanwege de ernstige vorm van COPD, de ernstige Parkinson, de grote hoeveelheid medicijnen die [C] moest gebruiken, de zware depressiviteit en de abjecte rol van [geïntimeerde1] is [C] het spoor zozeer bijster geraakt dat hij [appellante] enkele weken voor zijn dood onterfde, en dat juist in een periode dat [appellante] dagen en nachten bij [C] doorbracht. [appellante] legt ter onderbouwing van haar stellingen verklaringen over van [D] , zorgverlener thuiszorg, [E] , huishoudelijke hulp van [C] en [appellante] , [F] en [G] , vrienden van [C] en [appellante] en [H] en [I] . Zij verklaren over hun contacten met [C] en [appellante] . [appellante] verwijst ter onderbouwing van haar stelling ook naar verklaringen van [J] , een broer van [C] , mr. Essink, haar advocaat en [K] , een zus van [C] .
5.De beslissing
uitsluitendbewijs door bewijsstukken wenst te leveren, zij die stukken op de roldatum 15 mei 2018 in het geding dient brengen,
beidepartijen, van hun advocaten en van de getuigen zal/zullen opgeven op de
roldatum 1 mei 2018,waarna dag en uur van het verhoor (ook indien voormelde opgave van een of meer van partijen ontbreekt) door de raadsheer-commissaris zullen worden vastgesteld;