De notaris heeft over de omstandigheden van het onderhavige geval, zakelijk weergegeven, het volgende verklaard.
Eind november 2013 is via het notariskantoor contact gezocht met [X] . Vervolgens heeft [X] op 25 november 2013 een eerste bespreking gevoerd met erflater over zijn wensen voor een testament. Op verzoek van erflater was de neef hierbij aanwezig.
Rekening houdend met de kwetsbare gezondheidstoestand van erflater en zijn verblijf in het verpleeghuis heeft de kandidaat-notaris diezelfde dag een concepttestament opgesteld en vervolgens erflater onaangekondigd in het verpleeghuis bezocht. Het gesprek vond plaats in een afgezonderd gedeelte van de aula van het verpleeghuis buiten aanwezigheid van de neef of andere derden. Erflater had moeite met praten, maar kon zich wel verstaanbaar maken. De kandidaat-notaris heeft aan erflater gevraagd of hij kon uitleggen welke gevolgen hij beoogde te bereiken met de wijziging van zijn testament. Erflater wilde dat de neef enig erfgenaam werd en kon desgevraagd duidelijk uitleggen waarom hij niets aan klaagster en zijn kinderen wilde nalaten. De door erflater geuite wensen kwamen overeen met wat erflater eerder die dag met [X] had besproken. Erflater maakte een zeer heldere indruk. Tijdens dit bezoek heeft de kandidaat-notaris het concepttestament aan erflater overhandigd. De afspraak werd gemaakt het testament de volgende dag te passeren. Tijdens het gesprek kwam klaagster onverwacht binnen. Hierop heeft erflater de neef gebeld, die vervolgens ook is gekomen. Erflater heeft toen zelf het concepttestament aan de neef overhandigd.
De kandidaat-notaris en de notaris hebben besproken of een verklaring van een geriater benodigd was, maar zij kwamen tot de conclusie dat die niet nodig was. Erflater had op [X] en de kandidaat-notaris een heldere indruk gemaakt. Erflater bleek de inhoud van de gesprekken goed te begrijpen en zijn wil daarin goed te kunnen verwoorden. Beiden hadden geen twijfel over de wilsbekwaamheid van erflater. Bovendien verbleef erflater vanwege zijn lichamelijke toestand en niet vanwege een geestesziekte in het verpleeghuis.
De neef belde op 26 november 2013 met de kandidaat-notaris en liet weten dat het testament die dag niet zou kunnen worden gepasseerd omdat erflater langer de tijd nodig had om over het testament na te denken.
Op 2 december 2013 heeft een gesprek tussen erflater, de notaris en de kandidaat-notaris plaatsgevonden. Hierbij was de neef niet aanwezig. In dit gesprek heeft erflater zijn wensen voor het testament herhaald en opnieuw verteld wat de reden voor de onterving van klaagster was. Erflater gaf hierbij aan dat hij niet met klaagster samenleefde. De notaris heeft erflater verschillende keren uitdrukkelijk de gevolgen van deze onterving voorgehouden. Erflater bleef consistent in zijn wensen. Erflater was weliswaar slecht te verstaan, maar kwam uit zijn woorden als hem de tijd daarvoor werd gegund. Erflater maakte ook toen een heldere indruk. Erflater wist tijdens dit gesprek zelfs de inhoud van de in 2003 opgestelde partnerschapsvoorwaarden te reproduceren. De notaris heeft open vragen aan erflater gesteld. Het bleek de notaris dat erflater de inhoud en gevolgen van het testament heel goed begreep en zij had dan ook geen reden om te twijfelen aan de geestesvermogens en wilsbekwaamheid van erflater.
Anders dan klaagster stelt, heeft de neef op geen enkel moment instructies gegeven over de inhoud van het testament. Ook heeft in dit dossier wel degelijk onderling overleg tussen [X] , de kandidaat-notaris en de notaris plaatsgevonden. Verder blijkt uit de in het geding gebrachte urenadministratie dat geruime tijd is besteed aan de besprekingen met erflater. De eerste bespreking duurde ongeveer een uur. Het gesprek tussen de kandidaat-notaris en erflater besloeg ongeveer drie kwartier en de bespreking op 2 december 2013 duurde meer dan een uur.