Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
30 augustus 2016
.wonende te [Z] (hierna: belanghebbende)
1.Ontstaan en loop van het geding
23 oktober 2015, tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
2.Feiten
17 mei 2003 een taxibedrijf gestart.
3.4 Voorbelasting
.Omzetbelasting mag terug gevraagd worden over de betaalde omzetbelasting op de gemaakte kosten. Deze kosten moeten te allen tijde onderbouwd kunnen worden door middel van bonnen of andere bescheiden waaruit onomstotelijk blijkt dat de gemaakte kosten daadwerkelijk door de onderneming ter bestrijding van zakelijke kosten zijn gemaakt. De facturen inzake de gemaakte kosten zijn beoordeeld en deels akkoord. Tijdens de controle heeft [belanghebbende] aangegeven dat de voorbelasting betrekking had op ten onrechte niet in aftrek gebrachte voorbelasting inzake advocaatkosten door de toenmalige adviseur [F] over de jaren 2008 tot en met 2010.
€ 159
€ 2.313. Na beoordeling van de facturen zij de volgende kosten als zakelijk aangemerkt en in het jaar 2012 in aftrek te brengen:
€ 366
€ 3.956. Na beoordeling van de facturen zij de volgende kosten als zakelijk aangemerkt en in het jaar 2013 in aftrek te brengen:
€ 678
€ 0
5.Vergrijpboete omzetbelasting
Hoorrecht
3.Geschil
4.Overwegingen
26 november 2014 op geloofwaardige wijze ontkend, zodat die ontvangst redelijkerwijs moet worden betwijfeld. Belanghebbende heeft op generlei wijze bewijs geleverd of aangeboden van de ontvangst van de brief en evenmin dat het niet ontvangen van de brief door de Inspecteur het gevolg is van aan hem toe te rekenen omstandigheden.
5.Proceskosten
6.Beslissing
mr. A. van Dongen, in tegenwoordigheid van mr. E.D. Postema als griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
30 augustus 2016.
binnen zes wekenna de verzenddatum beroep in cassatie instellen bij