In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 21 juni 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over de aansprakelijkheid van bestuurders van een failliete vennootschap. De appellante, Texsport B.V., had de bestuurders van de failliete vennootschap aangesproken voor onbetaalde facturen die zij had verzonden voor geleverde goederen. De rechtbank Noord-Nederland had in eerste aanleg de vordering van Texsport tegen de failliete vennootschap toegewezen, maar de vorderingen tegen de overige gedaagden, de bestuurders, waren afgewezen. Texsport stelde dat de bestuurders onrechtmatig hadden gehandeld door de bestellingen en leveranties via de failliete vennootschap te laten lopen, terwijl zij wisten dat deze niet aan haar verplichtingen kon voldoen. Het hof overwoog dat voor persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders vereist is dat hen een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Het hof oordeelde dat de bestuurders niet persoonlijk aansprakelijk waren, omdat zij niet konden voorzien dat de failliete vennootschap niet aan haar verplichtingen zou kunnen voldoen op het moment van het aangaan van de overeenkomsten. De grieven van Texsport werden verworpen en het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank. Texsport werd veroordeeld in de kosten van het hoger beroep.