Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
preferred supplierrelatie aangingen waarbij BAM het voornemen heeft geuit om aanvragen voor een aanbieding zoveel mogelijk bij JMV te doen.
10.Veiligheid
2. Omschrijving
Hof) omvatten onder meer:
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
grieven I en IIleggen aan het hof voor of werktreinbegeleider [de werktreinbegeleider] op de genoemde wijze onrechtmatig heeft gehandeld en zo ja, of JMV op de voet van artikel 6:170 lid 1 BW aansprakelijk is voor de door deze onrechtmatige daad veroorzaakte schade. Het hof begrijpt de stellingen van Zurich (o.m. inleidende dagvaarding, 3.4; memorie van grieven, 3.3) aldus dat daarmee de vraag voorligt of de werktreinbegeleider (hierna: WTB-er) door zijn handelen/nalaten in de bewuste nacht op onzorgvuldige en (dus) onrechtmatige wijze schade heeft veroorzaakt aan de wissel van Prorail, welke schade door (Zurich, de schadeverzekeraar van) BAM aan Prorail is vergoed en of JMV jegens Prorail voor deze schade van Prorail op de voet van artikel 6:170 BW aansprakelijk is, zodat Zurich/BAM jegens JMV betaling van deze door haar voldane schade kan vorderen.
steedsbij het controleren van een (iedere) wissel werd afgestapt, zoals nadien door BAM is voorgeschreven, maar wel staat vast dat de WTB-er moest afstappen wanneer niet goed kon worden gezien/beoordeeld of de wissel goed lag. [de werktreinbegeleider] heeft dit ter comparitie ook verklaard, en heeft tevens verklaard dat op hem als WTB-er op de werktrein (waar hij vergezeld werd door de machinist Van Wijmeren en gereedschapsmachinist [de gereedschapsmachinist] ) de (eind)verantwoordelijkheid rustte voor de beslissing of wel of niet over een wissel kon worden gereden omdat deze op grond van zijn (visuele) controle goed lag. Het schadevoorval vond plaats in de nacht, met hier en daar mistflarden. Volgens [de werktreinbegeleider] was bij de onderhavige wissel geen mist maar wel veel vocht in de lucht en was het zicht
“let goed op de stand van de wissels”. [de werktreinbegeleider] wist, aldus zijn (onbetwiste) verklaring, dat hij een eigen taak en (eind)verantwoordelijkheid had voor de controle en als niet goed kon worden gezien of de wissel goed stond, moest worden gestopt en afgestapt voor de controle. Hoewel [de werktreinbegeleider] zich hiervan bewust was, meende hij – naar is gebleken: ten onrechte – toch (voldoende) te kunnen zien dat de wissel goed lag en niet behoefde te worden afgestapt en gestopt.
6.De slotsom
€ 3.715,-
€ 2.842,-(2 punten x tarief V)
€ 5.114,-
€ 5.264,-(2 punten x tarief V)