Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
“the Rules for Expedited Arbitration”van het arbitrage-instituut van de kamer van koophandel te Stockholm.
4.De motivering van de beslissing in hoger beroep
“to promote and market the Services”. In dat geval zal Kaag Convent met enige kans van slagen een vordering wegens toerekenbare tekortkoming tegen MFEX kunnen instellen. Kaag Convent heeft naar alle waarschijnlijkheid dus wel enige rechtsvordering tegen MFEX.
“principal distributor”is van de aandelen in dat fonds, waarbij MFEX dan als
“sub distributor”voor Triodos Bank optreedt.
”4.2Use of sub-distributors
“Assets under management”, dus ook onder de sub-distributors (zogenaamde
“trail fees”).
Rules) voorziet in een vonnis binnen drie maanden na de aanvang van de arbitrage ligt het niet voor de hand dat de Zweedse arbiter in die korte tijd een tweefasenproces zal toestaan. De enkele in artikel 26 van die Rules voorziene mogelijkheid dat de Zweedse arbiter in de arbitrale procedure MFEX kan verplichten (
“may order”) tot afgifte van bepaalde documenten, vormt evenmin een tegenargument. Niet alleen biedt dit Kaag Convent geen afdoende zekerheid, maar dergelijke informatie kan in het licht van het volgende ook te laat komen. Het spreekt namelijk voor zich dat een voorafgaand goed inzicht in de financiële consequenties voor Kaag Convent van groot belang is ter financiering van de incasso van haar vordering. Kaag Convent wil ter bepaling van haar commissie of schade een goed beeld verkrijgen van de geldstromen en daarmee verband houdende documenten die gewisseld zijn tussen Triodos Bank en MFEX. Kaag Convent moet immers in staat worden gesteld om haar proceskansen en procesmogelijkheden juist voor een kort durende buitenlandse arbitrageprocedure tijdig tevoren in te schatten en te onderbouwen. Triodos Bank heeft verder aangevoerd dat Kaag Convent inmiddels een voorlopig getuigenverhoor heeft opgestart, zodat zij om die reden geen belang zou hebben bij de gevorderde afgifte. Dit verweer wordt echter eveneens verworpen, omdat het juist van belang zal zijn om tijdens de getuigenverhoren te beschikken over documenten waarmee het geheugen van de getuigen kan worden opgefrist en waarmee zij desgewenst kunnen worden geconfronteerd, zodat de getuigen gedetailleerder kunnen worden bevraagd en hun verklaringen ook kunnen worden gecontroleerd en verankerd. Er bestaan geen aanwijzingen dat dergelijke documenten betrekking zouden hebben op een andere relatie tussen die partijen dan de drie hiervoor besproken overeenkomsten. De gevorderde documenten zijn relevant voor (de bepaling van) de rechtspositie van Kaag Convent ten opzichte van MFEX en daarom is het gevorderde voor toewijzing vatbaar.
5.Slotsom
€ 560,00
€ 904,00(2 punten x tarief II)
€ 299,00
€ 2.682,00(3 punten x appeltarief II)
6.De beslissing
“written revenue statement(s) and invoice(s)”als bedoeld in artikel 8 van de Distribution Agreement, alsmede alle
“written revenue statement(s)”als bedoeld in artikel 6.7 van de Software License and Maintenance Agreement, die gedurende de periode 1 december 2006 tot en met de datum van dit arrest door MFEX zijn verstrekt of gezonden;