Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.De zaak in het kort
zonder verdere aanspraken. Het hof beoordeelt de afgewezen vorderingen van Pampelonne daarom in hoger beroep opnieuw en wijst de vorderingen tot vergoeding van de gederfde huurinkomsten over juli en augustus 2020 toe, evenals 50% van de gevorderde vergoeding van door Pampelonne gemaakte makelaarskosten. Het hof wijst ook de gevorderde contractuele boete toe. De vorderingen tot vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten en aan de nieuwe huurder verstrekte huurkorting worden afgewezen. De grief die Pampelonne heeft gericht tegen de door de kantonrechter toegepaste (corona)huurkorting slaagt, omdat het omzetverlies dat Dream Estates heeft geleden naar het oordeel van het hof geen beroep op artikel 6:258 BW rechtvaardigt.
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
4.Eerste aanleg
5.Beoordeling
zonder verdere aanspraken.
niet of slechts in geringe matekan exploiteren (Vgl. HR 24 december 2021, ECLI:NL:HR:2021:1974).
niet of slechts in geringe mateheeft kunnen exploiteren. Dat betekent dat de omstandigheid dat Dream Estates minder omzet heeft gegenereerd in de maanden april, mei en juni 2020 geen beroep op artikel 6:258 BW rechtvaardigt. De door Dream Estates gevorderde coronakorting kan om die reden niet worden toegewezen, zodat de tegen de toewijzing daarvan gerichte grief slaagt.