In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam is behandeld, gaat het om een effectenleaseovereenkomst tussen Dexia Nederland B.V. en een particuliere cliënt, aangeduid als [geïntimeerde]. De cliënt heeft een vordering ingesteld op basis van vermeende schending van de waarschuwingsplicht door Dexia, in het bijzonder met betrekking tot de advisering door de tussenpersoon Spaar Select. De procedure in eerste aanleg vond plaats bij de kantonrechter van de rechtbank Noord-Holland, die op 1 december 2022 een vonnis heeft gewezen. Dexia heeft in hoger beroep de vernietiging van dit vonnis gevorderd, maar het hof heeft geoordeeld dat de vordering van de cliënt terecht was toegewezen. Het hof heeft vastgesteld dat Spaar Select als effectenbemiddelaar optrad zonder de vereiste vergunning en dat Dexia op de hoogte was of had moeten zijn van deze situatie. Het hof heeft geconcludeerd dat Dexia aansprakelijk is voor de schade die de cliënt heeft geleden als gevolg van de effectenleaseovereenkomst, en dat de vergoedingsplicht van Dexia volledig in stand blijft. De schadevergoeding omvat de door de cliënt betaalde inleg en de wettelijke rente over het te restitueren bedrag. Het hof heeft het bestreden vonnis bekrachtigd en Dexia veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep.