ECLI:NL:GHAMS:2024:3228

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
14 november 2024
Publicatiedatum
25 november 2024
Zaaknummer
23-002732-23
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake oplichting en diefstal met valse sleutel

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 14 november 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1972 en thans gedetineerd, was aangeklaagd voor meerdere feiten van oplichting en diefstal, waarbij hij gebruik maakte van valse sleutels en babbeltrucs om geld en goederen van voornamelijk (alleenstaande) bejaarden te stelen. De tenlastelegging omvatte onder andere het wegnemen van geldbedragen van verschillende slachtoffers door middel van misleiding en het gebruik van pinpassen zonder toestemming. Het hof heeft de verdachte in zijn bewezenverklaring schuldig bevonden aan meerdere diefstallen en oplichtingen, maar sprak hem vrij van een specifiek feit in een van de zaken. De verdachte is eerder veroordeeld voor soortgelijke delicten en het hof heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd, en de impact op de slachtoffers. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 27 maanden, met aftrek van voorarrest. Daarnaast zijn er vorderingen van benadeelde partijen behandeld, waarbij enkele vorderingen zijn toegewezen en andere niet-ontvankelijk zijn verklaard. Het hof heeft de vorderingen tot schadevergoeding van de benadeelde partijen [benadeelde 3] en [benadeelde 2] toegewezen, terwijl de vorderingen van [benadeelde 4] en [benadeelde 1] zijn afgewezen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002732-23
datum uitspraak: 14 november 2024
TEGENSPRAAK
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Holland van 3 oktober 2023, hersteld bij vonnis van 17 oktober 2023, in de gevoegde strafzaken onder de parketnummers 15-188790-23, 15-144487-23 en 15-176719-23 tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1972,
thans gedetineerd in [detentieadres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
31 oktober 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte en zijn raadsman naar voren hebben gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
Zaak met parketnummer 15-188790-23:
1.
hij op of omstreeks 3 juli 2023 te Haarlem, althans in Nederland, een geldbedrag van € 1.000 (zegge: duizend euro), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel
door gebruik te maken van de pinpas en bijbehorende code welke toebehoorde aan voornoemde [slachtoffer 1], terwijl hij - verdachte - daartoe niet gerechtigd was, althans niet ten aanzien van voormelde opname en/of betalingen;
2. primair
hij op of omstreeks 9 juli 2023 te Heemstede, althans in Nederland, een geldbedrag van € 500 (vijfhonderd euro), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan [benadeelde 1], in elk geval aan een ander toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel
door gebruik te maken van de pinpas en bijbehorende code welke toebehoorde aan voornoemde [benadeelde 1], terwijl hij - verdachte - daartoe niet gerechtigd was, althans niet ten aanzien van voormelde opname en/of betalingen;
2. subsidiair
hij op of omstreeks 9 juli 2023 te Heemstede, althans in Nederland met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[benadeelde 1] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten
een geldbedrag van € 500 (zegge: vijfhonderd euro), door
- die [benadeelde 1] voor te houden dat hij, verdachte, zichzelf had buitengesloten, zijn huissleutels en geld in zijn huis had achtergelaten en/of aan het werk te zijn als stukadoor
- die [benadeelde 1] voor te houden dat hij geld nodig had voor de bus en/of die [benadeelde 1] geld te vragen voor de bus en/of
- ( vervolgens) de pinpas met bijbehorende pincode te vragen dit terwijl verdachte niet van plan was het geldbedrag terug te betalen;
3.
hij op of omstreeks 27 juli 2023 te Haarlem, althans in Nederland, een geldbedrag van €500, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 2] in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel door gebruik te maken van de pinpas en bijbehorende code welke toebehoorde aan voornoemde [slachtoffer 2], terwijl hij - verdachte - daartoe niet gerechtigd was, althans niet ten aanzien van voormelde opname en/of betalingen;
Zaak met parketnummer 15-144487-23:
1.
hij, op of omstreeks 11 februari 2023 te Zandvoort winkelgoederen, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [winkel], in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
2.
hij, op of omstreeks 28 januari 2023 te Zandvoort winkelgoederen, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [winkel], in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
3.
hij, op of omstreeks 4 februari 2023 te Zandvoort winkelgoederen, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [winkel], in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
4.
hij, in of omstreeks de pleegperiode van 29 april 2023 tot en met 6 mei 2023 te Haarlem, althans in Nederland meermalen althans eenmaal
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[slachtoffer 3], heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten 10 euro door voor te doen alsof hij zich buiten had gesloten en dit geld nodig had voor het openbaar vervoer met de belofte dit bedrag te retourneren maar dit niet te doen,
en
[benadeelde 2] en [benadeelde 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, de bedragen van 20 en/of 50 euro door voor te doen alsof hij zich buiten had gesloten en dit geld nodig had voor het openbaar vervoer met de belofte dit bedrag te retourneren maar dit niet te doen;
Zaak met parketnummer 15-176719-23:
1.
hij op of omstreeks 13 mei 2023 te Haarlem, althans in Nederland met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten geld en/of een pinpas, door zich voor te doen als de zoon van de buurvrouw en te doen alsof hij geld nodig heeft om een ov chipkaart te kopen;
2.
hij op of omstreeks 13 mei 2023 te Haarlem geld, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 4], in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, door met de pinpas van die [slachtoffer 4] onbevoegd (zoveel) geld te pinnen en de pinpas niet meer terug te brengen;
3.
hij op of omstreeks 19 juni 2023 te Haarlem geld, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [benadeelde 4], in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [benadeelde 4], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken, en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door die [benadeelde 4] een duw te geven waardoor verdachte de woning kon betreden, waarna verdachte geld uit de portemonnee van die [benadeelde 4] heeft gepakt.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere bewezenverklaring komt dan de rechtbank.

Vrijspraak ten aanzien van feit 3 in de zaak met parketnummer 15-176719-23

Het hof is van oordeel dat op basis van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting niet wettig en overtuigend is bewezen hetgeen de verdachte in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 3 is tenlastegelegd, zodat de verdachte hiervan moet worden vrijgesproken. Nu de advocaat-generaal en de raadsman ook tot vrijspraak van dit feit hebben geconcludeerd, behoeft dit oordeel geen nadere motivering.

Bewijsoverweging

De verdachte heeft ter zake van feit 1 in de zaak met
parketnummer 15-144487-23ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat hij de winkel van [winkel] niet met de winkelwagen heeft verlaten.
Voor zover de verdachte hiermee heeft willen aanvoeren dat geen sprake is van een voltooide diefstal, overweegt het hof als volgt. De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep desgevraagd bevestigd dat op een foto op pagina 106 van het betreffende zaaksdossier is te zien dat de verdachte zijn gevulde winkelwagen vanuit het winkelgedeelte voorbij de toegangspoortjes heeft gebracht. Deze handeling is zodanig gericht op het onttrekken van winkelgoederen aan de feitelijke heerschappij van de rechthebbende, dat de wegneming van die winkelgoederen daarmee als voltooid kan worden beschouwd. De tenlastegelegde diefstal is dan ook wettig en overtuigend bewezen.
De verdachte heeft ter zake van feit 4 in de zaak met parketnummer 15-144487-23 ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat hij geen € 20,00 van aangever [benadeelde 2] heeft ontvangen. Het hof is van oordeel dat dit feit ook in zoverre wettig en overtuigend is bewezen, welk oordeel geen nadere motivering behoeft nu het standpunt van de verdachte zijn weerlegging vindt in de bewijsmiddelen.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 15-188790-23 onder 1, 2 primair en 3 en in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 1, 2, 3 en 4 en in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
Zaak met parketnummer 15-188790-23:
1.
hij op 3 juli 2023 te Haarlem een geldbedrag van € 1.000 (zegge: duizend euro), dat aan [slachtoffer 1] toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel
door gebruik te maken van de pinpas en bijbehorende code welke toebehoorde aan voornoemde [slachtoffer 1], terwijl hij - verdachte - daartoe niet gerechtigd was;
2. primair
hij op 9 juli 2023 te Heemstede een geldbedrag van € 500 (vijfhonderd euro), dat aan [benadeelde 1] toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel
door gebruik te maken van de pinpas en bijbehorende code welke toebehoorde aan voornoemde [benadeelde 1], terwijl hij - verdachte - daartoe niet gerechtigd was;
3.
hij op 27 juli 2023 te Haarlem een geldbedrag van € 500, dat aan [slachtoffer 2] toebehoorde,
heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel
door gebruik te maken van de pinpas en bijbehorende code welke toebehoorde aan voornoemde [slachtoffer 2], terwijl hij - verdachte - daartoe niet gerechtigd was.
Zaak met parketnummer 15-144487-23:
1.
hij op 11 februari 2023 te Zandvoort winkelgoederen die aan [winkel] toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om die zich wederrechtelijk toe te eigenen;
2.
hij op 28 januari 2023 te Zandvoort winkelgoederen die aan [winkel] toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om die zich wederrechtelijk toe te eigenen;
3.
hij op 4 februari 2023 te Zandvoort winkelgoederen die aan [winkel] toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om die zich wederrechtelijk toe te eigenen;
4.
hij in de periode van 29 april 2023 tot en met 6 mei 2023 te Haarlem meermalen met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[slachtoffer 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten 10 euro, door voor te doen alsof hij
geld nodig had voor het openbaar vervoer met de belofte dit bedrag te retourneren maar dit niet te doen,
en
[benadeelde 2] en [benadeelde 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed,
te weten20
respectievelijk50 euro, door voor te doen alsof hij zich buiten had gesloten en dit geld nodig had voor het openbaar vervoer met de belofte dit bedrag te retourneren maar dit niet te doen.
Zaak met parketnummer 15-176719-23:
1.
hij op 13 mei 2023 te Haarlem met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid, [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van geld en een pinpas, door zich voor te doen als de zoon van de buurvrouw en te doen alsof hij geld nodig heeft om een ov chipkaart te kopen;
2.
hij op 13 mei 2023 te Haarlem geld dat aan [slachtoffer 4] toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, door met de pinpas van die [slachtoffer 4] onbevoegd geld te pinnen.
Hetgeen in de zaak met parketnummer 15-188790-23 onder 1, 2 primair en 3 en in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 1, 2, 3 en 4 en in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 1 en 2 meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het bewezenverklaarde is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, zoals deze na het eventueel instellen van beroep in cassatie zullen worden opgenomen in de op te maken aanvulling op dit arrest.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Geen omstandigheid is aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het in de zaak met parketnummer 15-188790-23 onder 1, 2 primair en 3 en in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 1, 2, 3 en 4 en in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 1 en 2 bewezenverklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het in de zaak met parketnummer 15-188790-23 onder 1 en 2 primair en in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 2 bewezenverklaarde levert op:
telkens:
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, meermalen gepleegd.
Het hof overweegt hierbij dat uit de bewijsmiddelen blijkt dat het bij deze drie feiten telkens gaat om meerdere pintransacties en derhalve meerdere diefstallen.
Het in de zaak met parketnummer 15-188790-23 onder 3 bewezenverklaarde levert op:
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel.
Het in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 1, 2 en 3 bewezenverklaarde levert op:
telkens:
diefstal.
Het in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 4 bewezenverklaarde levert op:
oplichting, meermalen gepleegd.
Het in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 1 bewezenverklaarde levert op:
oplichting.

Strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen omstandigheid aannemelijk is geworden die de strafbaarheid ten aanzien van het in de zaak met parketnummer 15-188790-23 onder 1, 2 primair en 3 en in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 1, 2, 3 en 4 en in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 1 en 2 bewezenverklaarde uitsluit.

Oplegging van straf

De rechtbank heeft de verdachte voor het in eerste aanleg bewezenverklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden, met aftrek van voorarrest.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 27 maanden, met aftrek van voorarrest.
De raadsman heeft het hof verzocht een (deels) voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden op te leggen om te voorkomen dat de verdachte na detentie zonder hulp of begeleiding op straat komt te staan.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft in een periode van zeven maanden vier personen opgelicht, van vier personen geld gestolen door onbevoegd geld te pinnen met hun pinpassen en drie winkeldiefstallen gepleegd. De slachtoffers zijn, de winkeldiefstallen daargelaten, voornamelijk (alleenstaande) bejaarden. De verdachte heeft zichzelf op slinkse en lafhartige wijze, gebruikmakend van babbeltrucs, de huizen van de slachtoffers ingepraat. Eenmaal binnen heeft de verdachte de slachtoffers geld en/of pinpassen met codes afhandig gemaakt, waarna hij substantiële bedragen heeft opgenomen. De verdachte heeft op grove wijze misbruik van hun vertrouwen en hulpvaardigheid gemaakt en in een aantal gevallen, zo blijkt uit de aangiftes en de toelichtingen op de vorderingen van de benadeelde partijen, hun veiligheidsgevoel in aanzienlijke mate aangetast.
Met betrekking tot de persoon van de verdachte heeft het hof in het bijzonder gelet op een de verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 16 oktober 2024, waaruit blijkt dat de verdachte eerder voor soortgelijke vermogensdelicten onherroepelijk tot gevangenisstraffen is veroordeeld. Bovendien liep de verdachte op het moment van het plegen van de feiten nog in een voorwaardelijke invrijheidstelling. Dit heeft de verdachte niet weerhouden andere vermogensdelicten te plegen. Dit weegt in strafverzwarende zin mee.
Het hof heeft voorts acht geslagen op een detentie & re-integratieplan van de reclassering van
28 augustus 2024 en medische stukken (waaronder het psychologisch onderzoek, opgesteld door onderzoekers [naam 1] (i.o. tot GZ-psycholoog) onder supervisie van [naam 2]) die door de raadsman zijn ingebracht.
Het hof heeft ook gekeken naar straffen die in vergelijkbare gevallen zijn opgelegd en de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). Tot slot betrekt het hof bij de strafoplegging de vrijspraak van feit 3 in de zaak met parketnummer 15-176719-23. Het hof acht gelet op al het voorgaande een gevangenisstraf van 27 maanden passend en geboden. Het hof zal geen voorwaardelijk strafdeel met bijzondere voorwaarden opleggen, nu de reclassering reeds in het kader van detentiefasering bij de verdachte betrokken is en geen meerwaarde ziet in interventies, aanvullend op de reeds ingezette hulpverlening.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 4]

De benadeelde partij [benadeelde 4] heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 660,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 310,00. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep niet opnieuw gevoegd. Het hof heeft in hoger beroep te oordelen over de gevorderde schadevergoeding voor zover deze in eerste aanleg is toegewezen.
De verdachte wordt niet schuldig verklaard ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 3 tenlastegelegde handelen waardoor de gestelde schade zou zijn veroorzaakt. De benadeelde partij kan daarom in de vordering niet worden ontvangen en zal daarom niet-ontvankelijk worden verklaard.

Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]

De benadeelde partij [benadeelde 1] heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 1.000,00 en ziet op immateriële schade. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 250,00. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij dient te worden toegewezen, zoals dat door de rechtbank is gedaan.
Het hof overweegt dat immateriële schade op grond van artikel 6:106 BW kan worden toegekend – voor zover hier van belang – als de benadeelde:
1. lichamelijk letsel heeft opgelopen,
2. in zijn eer of goede naam is geschaad of
3. op andere wijze in zijn persoon is aangetast.
Het hof is van oordeel dat de benadeelde partij onvoldoende feiten en omstandigheden heeft gesteld waaruit blijkt dat sprake is van immateriële schade als bedoeld in artikel 6:106 BW, in het bijzonder aantasting in de persoon op andere wijze. Ook in het dossier kunnen hiervoor onvoldoende aanknopingspunten worden gevonden. Nader onderzoek hiernaar zou een onevenredige belasting van het strafgeding opleveren. De benadeelde partij zal daarom niet-ontvankelijk worden verklaard in haar vordering; zij kan deze nog bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 3]
De benadeelde partij [benadeelde 3] heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 50,00 en ziet op materiële schade. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij dient te worden toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 4 bewezenverklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. De verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden toegewezen.
Het hof zal de schadevergoedingsmaatregel opleggen op de hierna te noemen wijze om te bevorderen dat de schade door de verdachte wordt vergoed.

Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]

De benadeelde partij [benadeelde 2] heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 20,00 en ziet op materiële schade. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij dient te worden toegewezen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 4 bewezenverklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade heeft geleden. De verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering zal worden toegewezen.
Het hof zal de schadevergoedingsmaatregel opleggen op de hierna te noemen wijze om te bevorderen dat de schade door de verdachte wordt vergoed.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf en maatregelen zijn gegrond op de artikelen 36f, 57, 310, 311 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 3 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer
15-188790-23 onder 1, 2 primair en 3, in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 1, 2, 3 en 4, en in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het in de zaak met parketnummer 15-188790-23 onder 1, 2 primair en 3, in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 1, 2, 3 en 4, en in de zaak met parketnummer 15-176719-23 onder 1 en 2 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
27 (zevenentwintig) maanden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 4]
Verklaart de benadeelde partij [benadeelde 4] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de verdachte ieder hun eigen kosten dragen.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
Verklaart de benadeelde partij [benadeelde 1] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding en bepaalt dat de benadeelde partij de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de verdachte ieder hun eigen kosten dragen.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 3]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 3] ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 4 bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 50,00 (vijftig euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde 3], ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 4 bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 50,00 (vijftig euro) als vergoeding voor materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte aan een van beide betalingsverplichtingen heeft voldaan, de andere vervalt.
Bepaalt de aanvangsdatum van de wettelijke rente voor de materiële schade op 6 mei 2023.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 2]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde 2] ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 4 bewezenverklaarde tot het bedrag van
€ 20,00 (twintig euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Veroordeelt de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde 2], ter zake van het in de zaak met parketnummer 15-144487-23 onder 4 bewezenverklaarde een bedrag te betalen van € 20,00 (twintig euro) als vergoeding voor materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Bepaalt de duur van de gijzeling op ten hoogste 1 (één) dag. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte aan een van beide betalingsverplichtingen heeft voldaan, de andere vervalt.
Bepaalt de aanvangsdatum van de wettelijke rente voor de materiële schade op 6 mei 2023.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. B.E. Dijkers, mr. J.W.H.G. Loyson en mr. H.A. Stalenhoef, in tegenwoordigheid van
mr. C. van der Laan, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
14 november 2024.
De griffier is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
=========================================================================
[…]