ECLI:NL:GHAMS:2024:2634

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
16 augustus 2024
Publicatiedatum
17 september 2024
Zaaknummer
23-001191-23
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie na overlijden van verdachte

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 16 augustus 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, dat op 5 april 2023 was gewezen. De verdachte, geboren in 1988, is inmiddels overleden, wat heeft geleid tot de vraag of het openbaar ministerie nog ontvankelijk is in de vervolging. Tijdens de zitting op 16 augustus 2024 heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk wordt verklaard. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op een eerder moment is overleden, waardoor het recht tot strafvordering is komen te vervallen op grond van artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd en het openbaar ministerie niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging. Deze beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarin drie rechters zitting hadden, en is op dezelfde dag openbaar uitgesproken.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001191-23
datum uitspraak: 16 augustus 2024
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 5 april 2023 in de gevoegde strafzaken onder de parketnummers 96-071684-22 en 96-167952-22 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1988,
adres: [adres].
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.

Onderzoek ter terechtzitting

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 16 augustus 2024.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging wordt verklaard.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de rechtbank.

Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie

Blijkens een akte van overlijden van [datum A] 2024, is de verdachte op [datum B] 2024 overleden. Door de dood van de verdachte is het recht tot strafvordering op grond van het bepaalde bij artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht komen te vervallen, zodat het openbaar ministerie in de vervolging van de verdachte niet-ontvankelijk moet worden verklaard.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart het openbaar ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. B.A.A. Postma, mr. M.J.A. Duker en mr. D.A.C. Koster, in tegenwoordigheid van mr. M.S. Fritsche, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 16 augustus 2024.