Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.CONTINENTAL HOREX B.V.,
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
4.Beslissing
E.J. Bellaart en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op 28 mei 2024.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam, waarin vorderingen van de verhuurder Continental Horex B.V. en de geldverstrekker Zosta Beheer B.V. zijn toegewezen. De zaak betreft een huurovereenkomst voor bedrijfsruimte en een geldleningsovereenkomst tussen [appellant] en Zosta. De kantonrechter heeft geoordeeld dat [appellant] de huurachterstand en buitengerechtelijke kosten aan Continental moet betalen, omdat er geen recht op coronakorting is aangetoond. Ook de vordering van Zosta tot terugbetaling van de geldlening is toegewezen, omdat het bestaan van de vordering voldoende aannemelijk was. In hoger beroep heeft [appellant] grieven ingediend tegen deze beslissingen, maar het hof oordeelt dat de grieven falen. Het hof bevestigt dat [appellant] onvoldoende onderbouwing heeft gegeven voor zijn stellingen over huurprijsvermindering en coronakorting. De grieven met betrekking tot de ontruiming en de geldlening zijn eveneens ongegrond. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt [appellant] in de kosten van het geding in hoger beroep.