ECLI:NL:GHAMS:2023:745

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
23 maart 2023
Publicatiedatum
27 maart 2023
Zaaknummer
23-000400-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging van een vonnis in hoger beroep tegen vrijspraken door het Openbaar Ministerie

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 21 maart 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam, dat op 4 februari 2021 was gewezen. Het Openbaar Ministerie had hoger beroep ingesteld tegen de vrijspraken die in eerste aanleg waren gegeven. De behandeling van de feiten in hoger beroep vond plaats op 7 maart 2023. Tijdens deze zitting heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die een gevangenisstraf van 59 maanden voorstelde voor de verdachte, die in deze zaak werd aangeklaagd voor meerdere feiten.

Het hof heeft de zaak grondig bestudeerd en is tot de conclusie gekomen dat de behandeling in hoger beroep niet heeft geleid tot een ander oordeel dan dat van de rechtbank. De stukken die door de advocaat-generaal in hoger beroep zijn ingediend, hebben het hof niet doen afwijken van het eerdere oordeel. Het hof heeft zich dan ook verenigd met het vonnis waarvan beroep en heeft dit bevestigd.

De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het Gerechtshof Amsterdam, waarin drie rechters zitting hadden. De beslissing om het vonnis te bevestigen werd op de openbare terechtzitting van 21 maart 2023 bekendgemaakt.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000400-21
datum uitspraak: 21 maart 2023
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 4 februari 2021 in de strafzaak onder parketnummer 13-213202-20 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1995,
adres: [adres] .

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 7 maart 2023 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Het openbaar ministerie heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte en de raadsman naar voren hebben gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het onder 1, 3 en 4 tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 59 maanden.

Vonnis waarvan beroep

De behandeling van de zaak in hoger beroep heeft het hof niet gebracht tot andere overwegingen en beslissingen dan de rechtbank, zodat het hof zich verenigt met het vonnis waarvan beroep en dit zal bevestigen. De stukken die de advocaat-generaal in hoger beroep aan het dossier heeft toegevoegd, hebben het hof niet tot een ander oordeel gebracht.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. A.M. Kengen, mr. S.M. Milani en mr. N.E. Kwak, in tegenwoordigheid van mr. M.S. Jansen, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 21 maart 2023.