ECLI:NL:GHAMS:2023:3722
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep na intrekking
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 25 januari 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 25 oktober 2022. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis, maar heeft op 6 januari 2023 een akte ingediend waarin hij aangeeft het hoger beroep niet te willen handhaven. Het hof heeft vastgesteld dat het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 13 december 2022 al was aangevangen, waardoor intrekking van het hoger beroep niet meer mogelijk was.
De advocaat-generaal heeft verzocht om de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep. Het hof heeft geconstateerd dat de eerder bestaande bezwaren van de verdachte tegen het vonnis niet meer bestaan, en dat er geen rechtens te respecteren belang is dat zou vereisen dat de zaak verder wordt onderzocht.
Op basis van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering heeft het hof besloten de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het ingestelde hoger beroep. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, en het arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 8 februari 2023. Mr. N.E. Kwak was buiten staat om het arrest te ondertekenen.