In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 31 mei 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam, dat op 8 februari 2023 was gewezen. De verdachte, geboren in 1991 en thans gedetineerd, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank. Het hof heeft het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 17 mei 2023 gehouden en heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden bevestigd. Het hof heeft zich verenigd met het vonnis van de rechtbank, maar heeft bewijsmiddel 2 vervangen door een proces-verbaal van verhoor van de verdachte, opgemaakt door bevoegde opsporingsambtenaren. Tevens heeft het hof bepaald dat het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte wordt opgeheven, zodra de duur van de ondergane voorlopige hechtenis gelijk is aan de duur van de onvoorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf. De beslissing van het hof bevestigt het vonnis van de rechtbank en heft het voorlopige hechtenisbevel op, met inachtneming van de eerder genoemde voorwaarden.