Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[appellant sub 1] ,
[appellant sub 2],
1.de vennootschap onder firma [de vennootschap] ,
[geïntimeerde sub 2],
[geïntimeerde sub 3],
1.Het geding in hoger beroep
- akte na tussenarrest door [appellant sub 1] c.s. (12 januari 2021);
- akte uitlaten door [appellant sub 1] c.s. met productie (28 december 2021);
- antwoordakte met producties door [geïntimeerde sub 3] c.s. (25 januari 2022).
2.Verdere beoordeling
deelbewijs (waaraan zwaardere eisen kunnen worden gesteld). Evenmin gaat het om een situatie waarin een omkering van de bewijslast aan de orde is. Op [geïntimeerde sub 3] c.s. rust in dit geval de bewijslast, omdat zij degenen zijn die [appellant sub 1] c.s. aansprakelijk houden voor de schade die als gevolg van de brand is ontstaan (zie ook het eerste tussenarrest onder 3.8 en 3.20). [appellant sub 1] c.s. zijn geslaagd in het tegenbewijs als het voorshandse oordeel wordt ontzenuwd en voldoende twijfel is gerezen over de juistheid daarvan.