Kilometeradministratie
Er is geen andere kilometeradministratie bijgehouden van de auto dan de ingevulde
taxirittenstaten. Uit deze vastlegging op de rittenstaten zou het gebruik van de auto kunnen
blijken. Dit betekent dat als de ritten als basis voor een kilometeradministratie worden
gebruikt, alle kilometers per rit apart vermeld moeten worden. Op de rittenstaat werd het
totaal van de per dienst verreden kilometers opgeteld bij de beginstand, wat vervolgens weer
resulteerde in de eindstand van de dienst, tevens beginstand voor de volgende dienst. Een
dergelijke wijze van administreren is in beginsel voor het ter zake van het gebruik als taxi te
leveren bewijs aanvaardbaar indien de aldus verreden en op de rittenstaten genoteerde
kilometers aansluiten op de stand van de in de auto aanwezige kilometerteller en de
totaalstand van de taxameter en voorts deze kilometertellerstand objectief controleerbaar is
door de aansluiting op door derden, zoals garagebedrijven en waarnemingen ter plaatse
vastgelegde kilometerstanden. Tevens moet inzichtelijk worden gemaakt welke ritten beladen,
onbeladen, overig zakelijk en privé zijn gereden. Dat de codering van de ritten in de BPM
periode niet op orde is, is hiervoor geconstateerd en vermeld.
Constatering
Geconstateerd is:
1. Dat de genoteerde kilometerstanden op de rittenstaat niet aansluiten.
2. Dat er privé gereden wordt onder de noemer onbeladen.
3. Dat er gereden wordt naar vergaderingen en besprekingen onder de noemer van
onbeladen kilometers.
Conclusie
Hierdoor is het voor de Belastingdienst onmogelijk om over de gecontroleerde periode een
juist en betrouwbaar beeld te verkrijgen van de verreden kilometers in beladen, onbeladen,
overige zakelijk en privé.