ECLI:NL:GHAMS:2018:792

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
28 februari 2018
Publicatiedatum
14 maart 2018
Zaaknummer
13/684043-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen beschikking voorlopige hechtenis en verzoek tot schorsing

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 28 februari 2018 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 5 februari 2018, die een bevel tot gevangenhouding inhield. De verdachte, geboren in 1977, had hoger beroep ingesteld tegen deze beschikking. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken, waaronder de akte van de griffier en de verklaringen van getuigen. Tijdens de zitting zijn zowel de advocaat-generaal als de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. J. Sietsma, gehoord.

Het hof heeft de beschikking van de rechtbank beoordeeld en is van mening dat er ernstige bezwaren zijn tegen de verdachte, onder andere op basis van camerabeelden en getuigenverklaringen. De omstandigheid dat de verdachte een telefoon heeft teruggegeven, maakt volgens het hof niet dat er geen sprake meer is van diefstal. Het openbaar ministerie heeft aangegeven de ISD-maatregel te willen vorderen, en het hof concludeert dat er geen omstandigheden zijn die een schorsing van de voorlopige hechtenis rechtvaardigen, zoals bedoeld in artikel 67a, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering.

Namens de verdachte is een verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis gedaan, maar het hof staat hier in beginsel niet onwelwillend tegenover, mits er een definitieve opnamedatum in een kliniek bekend is. De verdachte kan een nieuw schorsingsverzoek indienen zodra deze datum bekend is. Uiteindelijk heeft het hof het beroep tegen de beschikking van de rechtbank afgewezen, evenals het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.

Uitspraak

13/684043-18
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGin raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[naam] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1977,
[adres] ,
[gedetineerd]
tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 5 februari 2018, voor zover houdende bevel tot zijn gevangenhouding.

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft kennis genomen van de akte van de griffier van de rechtbank Amsterdam van 8 februari 2018, waarbij namens de verdachte hoger beroep is ingesteld tegen voormelde beschikking van die rechtbank.
Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep en heeft kennis genomen van de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van de verdachte en heeft gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsman mr. J. Sietsma.

De beoordeling

Het hof verenigt zich met de beschikking waarvan beroep, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en de gronden waarop deze berust.
Gelet op het proces-verbaal van bevindingen met betrekking tot het uitkijken van de camerabeelden en de verklaringen van de getuigen [getuige 1] en [getuige 2] acht het hof ernstige bezwaren aanwezig. De omstandigheid dat de verdachte een telefoon al dan niet desgevraagd heeft teruggegeven maakt niet dat er geen sprake (meer) zou zijn van diefstal.
Gelet op het voornemen van het openbaar ministerie om de ISD-maatregel te vorderen en gelet op de justitiële documentatie van de verdachte doet zich naar het oordeel van het hof thans geen omstandigheid voor als bedoeld in artikel 67a, derde lid, Sv.
Namens de verdachte is een mondeling schorsingsverzoek gedaan. Het hof staat in beginsel niet onwelwillend tegenover schorsing van de voorlopige hechtenis ten behoeve van de opname van de verdachte in de een kliniek. Op dit moment is geen opnamedatum bekend. De verdachte kan, zodra sprake is van een definitieve datum, een nieuw schorsingsverzoek doen.
13/684043-18

De beslissing

Het hof:
WIJST AF het beroep tegen de bestreden beschikking, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen.
WIJST AF het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
Deze beschikking is gegeven op 28 februari 2018 in raadkamer van dit hof door
mr. J.L. Bruinsma, voorzitter,
mrs. M.M.H.P. Houben en M.J.G.B. Heutink, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. J.G.W.M. Lut als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 28 februari 2018,
de advocaat-generaal