ECLI:NL:GHAMS:2018:3314

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
12 september 2018
Publicatiedatum
13 september 2018
Zaaknummer
23-001665-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging van vonnis in hoger beroep met betrekking tot strafzaak

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 12 september 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 24 april 2018. De verdachte, geboren in 1995 en thans gedetineerd in Detentiecentrum Rotterdam, was in eerste aanleg vrijgesproken van de feiten 1 en 5. Tegen de veroordeling voor de feiten 2 primair, 3 en 4 heeft de verdachte beperkt hoger beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 29 augustus 2018 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden bevestigd. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank, voor zover aan zijn oordeel onderworpen, bevestigd. De beslissing van het hof houdt in dat de eerdere veroordeling van de verdachte voor de feiten 2 primair, 3 en 4 in stand blijft, en de opgelegde gevangenisstraf van 6 maanden met aftrek van voorarrest wordt gehandhaafd. Het arrest is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier, mr. D. Boessenkool, en de voorzitter was buiten staat om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001665-18
datum uitspraak: 12 september 2018
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 24 april 2018 in de strafzaak onder parketnummer 13-701118-18 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats 1] op [geboortedatum] 1995,
volgens eigen opgave te zijn genaamd: [naam], geboren op [geboortedatum] 2001 te [geboorteplaats 2],
zonder vaste woon- of verblijfplaats hier te lande,
thans uit andere hoofde (vreemdelingenbewaring) gedetineerd in Detentiecentrum Rotterdam te Rotterdam.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
29 augustus 2018 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
De verdachte is bij voormeld vonnis vrijgesproken van de feiten 1 en 5. Ter zake de feiten 2 primair, 3 en 4 is de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden met aftrek van voorarrest. Namens de verdachte is tegen dat vonnis beperkt hoger beroep ingesteld tegen de veroordeling voor de feiten 2 primair, 3 en 4.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal bevestigen.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve – voor zover aan het oordeel van het hof nog onderworpen – bevestigen.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. F.A. Hartsuiker, mr. M.M.H.P. Houben en mr. M. Iedema, in tegenwoordigheid van
mr. D. Boessenkool, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
12 september 2018.
De voorzitter is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
[...]