Uitspraak
Ontvankelijkheid van de officier van justitie in het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 5 juni 2016, althans in of omstreeks de periode van 4 juni 2016 tot en met 5 juni 2016, te Amsterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, met [slachtoffer], geboren op 14 januari 2003, die toen de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft/hebben gepleegd, die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, immers heeft hij, verdachte en/of zijn mededader(s) zijn, verdachte's en/of zijn medeverdachte's penis in de vagina en/of mond van voornoemde [slachtoffer] gestopt en/of gebracht en/of (vervolgens) heen en weer bewogen en/of zijn verdachte's en/of zijn mededader(s) vinger(s) in de vagina van voornoemde [slachtoffer] gebracht en/of gestopt.
Vonnis waarvan beroep
Bewezenverklaring
hij in de periode van 4 juni 2016 tot en met 5 juni 2016, te Amsterdam, met [slachtoffer], geboren op [geboortedag 2] 2003, die toen de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, immers heeft hij, verdachte, zijn penis in de vagina en mond van voornoemde [slachtoffer] gestopt en vervolgens heen en weer bewogen en zijn vinger(s) in de vagina van voornoemde [slachtoffer] gebracht.
Bewijsmiddelen
mededeling verbalisanten (of één of meer van hen):
mededeling verbalisanten (of één of meer van hen):
verdachte:
verdachte, afgelegd ter terechtzitting in eerste aanleg van 15 september 2017.
mededeling van de verbalisant:
verdachte, afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep van 5 april 2018.
[naam 4]:
mededeling van de verbalisanten (of één of meer van hen):
binnenste schaamlip
vrouw
tweepersonen waaronder slachtoffer en waarbij verdachte niet kan worden uitgesloten
vrouw
Bewijsverweer
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
werkstrafvoor de duur van
180 (honderdtachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
60 (zestig) dagen jeugddetentie.
3 (drie) maanden.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
€ 5.360,20 (vijfduizend driehonderdzestig euro en twintig cent) bestaande uit € 360,20 (driehonderdzestig euro en twintig cent) materiële schade en
€ 5.360,20 (vijfduizend driehonderdzestig euro en twintig cent) bestaande uit € 360,20 (driehonderdzestig euro en twintig cent) materiële schade en € 5.000,00 (vijfduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
30 (dertig) dagen jeugddetentie, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die jeugddetentie de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.