Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het beklag
[beklaagde 1],
[beklaagde 2]en
[beklaagde 3](beklaagden, hierna, ook, respectievelijk [beklaagde 1], [beklaagde 2] en [beklaagde 3]) ter zake van valsheid in geschrift en/of meineed.
2.Het verslag van de advocaat-generaal
3.De voorhanden stukken
4.De behandeling in raadkamer
5.De beoordeling van het beklag
De klachtis weergegeven. In raadkamer hebben alle drie de beklaagden zich toetsbaar opgesteld en alle aan hen gestelde vragen zonder restrictie beantwoord en daarmee een toelichting gegeven op hetgeen door hen is geverbaliseerd. Zij hebben alle drie naar voren gebracht dat hetgeen in de door hen opgemaakte processen-verbaal van bevindingen is opgenomen is zoals het door hen, vanaf hun verschillende posities, is waargenomen. Daarnaast is door hen aangegeven dat de opgenomen dashcam-beelden zonder “gevoel” zijn, en dat de positie van de dashcam-camera niet gelijk was aan de positie van de beklaagden; beklaagden hadden onder meer, anders dan de camera, te maken met tegenlicht van meerdere koplampen en zwaailichten.