Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 23 september 2016 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, [slachtoffer] heeft mishandeld door een of meermalen in het gezicht, in elk geval op het lichaam, van die [slachtoffer] te spugen, ten gevolge waarvan verdachte een hevige onlust veroorzakende gewaarwording in of aan het lichaam van die [slachtoffer] teweeg heeft gebracht;
Hij op of omstreeks 23 september 2016 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk [slachtoffer] in zijn tegenwoordigheid, door feitelijkheden, heeft beledigd, door in het gezicht, in elk geval op het lichaam, van die [slachtoffer] te spugen;
hij op of omstreeks 23 september 2016 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen enig geldbedrag, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Gemeentelijk Vervoersbedrijf Amsterdam, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, een of meermalen met zijn, verdachtes, handen een (grijpende) beweging heeft gemaakt in de richting van de geldcassette en/of de arm(en) en/of hand(en) van [slachtoffer] (buschauffeur Gemeentelijke Vervoersbewijs) van de geldcassette heeft weggeduwd.
Vonnis waarvan beroep
Vrijspraak van onder 1 primair ten laste gelegde mishandeling
lichamelijke gewaarwordingteweeg brengen, die enigszins met pijn te vergelijken is, zoals benauwdheid of een plotselinge sterke temperatuurverandering, of een objectief waarneembare en ontsierende verandering aan het uiterlijk, die met letsel vergelijkbaar is, of zelfs als letsel is aan te merken. Het spugen in iemands gezicht kan zonder twijfel en in hevige mate de
emotiewalging oproepen. Een dergelijke ervaring is weliswaar zeer onprettig, maar leidt niet tot een zelfstandige reactie van het lichaam, zoals het onderdompelen in koud water en het door het toedienen van roet belemmeren van de ademhaling dat doen. Het bespugen is dan ook, naar het oordeel van het hof, niet als mishandeling te kwalificeren.
Nadere bewijsoverweging
Bewezenverklaring
hij op of omstreeks 23 september 2016 te Amsterdam opzettelijk [slachtoffer] in zijn tegenwoordigheid, door feitelijkheden, heeft beledigd, door in het gezicht van die [slachtoffer] te spugen.
hij op 23 september 2016 te Amsterdam ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen enig geldbedrag toebehorende aan Gemeentelijk Vervoersbedrijf Amsterdam met zijn, verdachtes, handen een grijpende beweging heeft gemaakt in de richting van de geldcassette en de handen van [slachtoffer] , buschauffeur Gemeentelijke Vervoersbewijs, van de geldcassette heeft weggeduwd.
Bewijsmiddelen
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
60 (zestig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
30 (dertig) dagen hechtenis.
€ 302,17 (driehonderdtwee euro en zeventien cent) bestaande uit € 98,17 (achtennegentig euro en zeventien cent) materiële schade en € 204,00 (tweehonderdvier euro) immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 302,17 (driehonderdtwee euro en zeventien cent) bestaande uit € 98,17 (achtennegentig euro en zeventien cent) materiële schade en € 204,00 (tweehonderdvier euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
6 (zes) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.