Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Het proces-verbaal van aangifte, in wettige vorm opgemaakt door [verbalisant 1], aspirant, d.d. 5 december 2012, dossierpagina's 13-16, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende de navolgende verklaring van [betrokkene 1]:
(p. 13)
[Ik] heb een whatsapp berichtje ontvangen van [verdachte]. Daarin stond of ik met haar wilde afspreken. Ze vroeg in het berichtje of ik zaterdag wilde afspreken.
Op zaterdag 1 december 2012, omstreeks 20.15 uur, kwam ik aan in Veghel bij het busstation. Toen ik daar was, zag ik [verdachte].
(p. 14)
Ik liep naar [verdachte] toe. Toen ik bij haar stond, zei ze: "Geef hier die telefoon". Ze zei dit op een boze en bevelende toon tegen mij.
Ik wilde mijn telefoon niet afgeven, maar zij trok mijn mobiele telefoon uit mijn handen.
Ik moest van [verdachte] gaan zitten. Ik wilde niet, maar ik werd door [verdachte] geduwd op een muurtje. Ik werd vastgehouden door [betrokkene 2].
Toen zag ik dat [verdachte] een tondeuse in haar handen had. Ik hoorde dat de tondeuse werkte. Er kwam een geluid vanaf. [betrokkene 2] hield mij vast met mijn handen op mijn rug. Ik zag dat [verdachte] op mij af kwam. Ze hield mijn haren vast en begon de tondeuse over mijn hoofd heen te halen.
[verdachte] had mijn telefoon aan [betrokkene 3] gegeven.
2. Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef en onder 5 Wetboek van Strafvordering, te weten een foto van het afgeschoren haar van [betrokkene 1], dossierpagina 17.
3. Het proces-verbaal van verhoor, in wettige vorm opgemaakt door [verbalisant 2], agent, en [verbalisant 3], aspirant, d.d. 3 januari 2013, dossierpagina's 24-26, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende de navolgende verklaring van getuige [getuige]:
(p. 24)
Op 1 december 2012, omstreeks 20.35 uur, was ik in het centrum van Veghel.
(p 25)
Ik zag [verdachte] (het hof begrijpt: [verdachte], verdachte en [betrokkene 1] staan.
Ik zag dat [betrokkene 1] op een stenen muurtje zat.
Ik zag dat [verdachte] uit haar jaszak een tondeuse haalde. Ik zag en hoorde dat [verdachte] de tondeuse, welke ze in haar hand had, aan en uit deed.
Vervolgens zag ik dat [betrokkene 2] [betrokkene 1] van achter vastpakte. Ik zag dat [betrokkene 2] de armen van [betrokkene 1] naar achteren hield.
Ik zag dat [verdachte] het hoofd van [betrokkene 1] vast pakte en het haar van [betrokkene 1] begon af te scheren. In de tussentijd dat [verdachte] het haar van [betrokkene 1] scheerde, hield [betrokkene 2] haar vast.
[verdachte] pakte de telefoon van [betrokkene 1] af. Ik heb dit ook gezien. Ik zag dat [verdachte] handelingen deed met de telefoon van [betrokkene 1].
4. Het proces-verbaal van verhoor verdachte, in wettige vorm opgemaakt door [verbalisant 4], brigadier, en [verbalisant 5], hoofdagent, d.d. 4 januari 2013, dossierpagina's 59-61, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende de navolgende verklaring van verdachte:
(p. 60)
Ik was zo kwaad dat ik vond dat ik [betrokkene 1] een lesje moest leren.
Ik heb thuis besloten dat ik [betrokkene 1] naar Veghel wilde laten komen. Ik wilde haar bang maken. Ik had thuis een tondeuse mee genomen.
Ik heb een bericht verzonden naar [betrokkene 1]. Ik vroeg haar of ze naar Veghel wilde komen omdat ik met haar wilde praten.
Ik heb in de telefoon van [betrokkene 1] de App berichten gewist die ik haar had verstuurd.
Ik heb de telefoon van [betrokkene 1] aan [betrokkene 3] gegeven.
Ik heb [betrokkene 1] bij haar haren vastgeplakt. Op een gegeven moment heb ik de tondeuse uit mijn jaszak gepakt. Ik heb vervolgens met de tondeuse haar weggeschoren.
(p. 61)
Op het moment dat ik haar bij [betrokkene 1] wegschoor, werd [betrokkene 1] vastgehouden door [betrokkene 2].
Jullie laten mij nu een foto zien van het hoofd van [betrokkene 1], waarop het gedeelte van het haar te zien is wat ik heb afgeschoren. Ik kan u verklaren dat dit klopt, ik heb de gehele voorkant afgeschoren.
5. Het proces-verbaal van verhoor, in wettige vorm opgemaakt door [verbalisant 4], brigadier, en [verbalisant 5], hoofdagent, d.d. 4 januari 2013, dossierpagina's 74-77, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende de navolgende verklaring van [betrokkene 2]:
(p. 74 en 75)
Op (het hof begrijpt) 1 december 2012 werd ik, om omstreeks 19.45 uur, gebeld door [verdachte] (het hof begrijpt: [verdachte], verdachte) met de vraag of ik naar het centrum van Veghel wilde komen.
Ik ben naar het centrum van Veghel gegaan. Daar zag ik [verdachte], [betrokkene 3] en [getuige]. Op het moment dal we met zijn allen stonden te praten, vertelde [verdachte] dat [betrokkene 1] zo naar Veghel zou komen.
[verdachte] vertelde dat ze 'iets' van [betrokkene 1] ging afpakken. Vervolgens zag ik dat [verdachte] een draadloze tondeuse uit haar tas pakte. Ook wilde [verdachte] de telefoon van [betrokkene 1] afpakken om hier berichten of telefoonnummers uit te kunnen wissen.
Ik zag dat [betrokkene 1] op een stenen muurtje zat en dat [verdachte] voor haar stond. Ik zag dat [verdachte] een telefoon in haar hand had. Ik zag dat dit een Blackberry was. Ik dacht dat dit de telefoon van [betrokkene 1] was. [verdachte] heeft zelf ook een Blackberry, maar dit is een ander model.
Ik zag dat [verdachte] de tondeuse uit haar jaszak pakte. Ik hoorde dat [verdachte] tegen mij zei: "pak haar maar vast".
(p. 76)
Hierop heb ik [betrokkene 1] van achteren vastgepakt.
Ik zag dat [verdachte] hierop met de tondeuse het haar van [betrokkene 1] begon af te scheren. Ze schoor het voorste gedeelte haar op haar hoofd weg.
6. Het ter terechtzitting in hoger beroep door de advocaat-generaal overgelegde proces-verbaal van verhoor, in wettige vorm opgemaakt door [verbalisant 6], hoofdagent, d.d. 3 januari 2013, proces-verbaalnummer PL21Z2-2012127374-15, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende de navolgende verklaring van [betrokkene 3]:
Ik zag dat [verdachte] (het hof begrijpt: [verdachte]) [betrokkene 1] 's telefoon pakte en er in zat te kijken.
7. Het ter proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep d.d. 20 november 2013, voor zover - zakelijk weergegeven - de navolgende verklaring van de verdachte:
Ik heb de telefoon doorgegeven aan [betrokkene 3].
De gesprekken heb ik gewist uit de telefoon van [betrokkene 1].
Ik heb de haren van [betrokkene 1] afgeschoren, terwijl zij werd vastgehouden door [betrokkene 2]."