Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[geïntimeerde sub 1] ,
[geïntimeerde sub 2],
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
in staat van faillissement wordt verklaard;
“Meer dan dat heeft zij niet”zo staat in die brief.
dat hij er persoonlijk op zou toezien dat dat[het hof begrijpt: betaling van de maandelijkse huur]
stipt iedere maand gebeurdeen zou hij daaraan geruststellend hebben toegevoegd
u kunt in ieder geval de komende tien jaar op huur rekenen, maar hieruit volgt niet noodzakelijk dat [geïntimeerde sub 1] dus heeft bedoeld om zich in privé te binden, noch dat Nieuwburen dat redelijkerwijs zo heeft mogen begrijpen. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat [geïntimeerde sub 1] destijds niet alleen de hoedanigheid had van verkoper in privé, maar ook die van bestuurder van de aankomend huurders (de garagebedrijven) en die van bestuurder van de aankomend garant (Romania). Gesteld noch is gebleken in welke hoedanigheid [geïntimeerde sub 1] - als al waar - aldus zou hebben verklaard.