ECLI:NL:GHAMS:2017:3202

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
8 augustus 2017
Publicatiedatum
10 augustus 2017
Zaaknummer
200.183.543/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake vordering van maatschap [X] & CO ACCOUNTANTS EN ADVISEURS tegen HOLDING T2 DETACHERINGEN B.V.

In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de maatschap [X] & CO ACCOUNTANTS EN ADVISEURS tegen HOLDING T2 DETACHERINGEN B.V. Het hoger beroep volgt op een tussenarrest van 4 oktober 2016. Tijdens een comparitie van partijen op 21 februari 2017 is gebleken dat partijen niet tot overeenstemming zijn gekomen, waarna de zaak is verwezen naar de rol voor arrest. Het hof heeft in het arrest van 8 augustus 2017 vastgesteld dat het voornemens is een deskundige te benoemen die toegang zal krijgen tot de administratie van Nu Advies en [X] om het hof te adviseren over de hoogte van de vordering van [X] op Nu Advies.

T2 heeft tijdens de comparitie verklaard dat zij grief 1 in incidenteel hoger beroep niet langer handhaaft, waardoor een deskundigenbericht niet meer nodig is. Het hof heeft vastgesteld dat er in ieder geval een vordering bestaat van [X] op Nu Advies ter hoogte van het gevorderde bedrag. T2, als in het ongelijk gestelde partij, zal worden veroordeeld in de kosten van het incidenteel hoger beroep.

In het principaal hoger beroep stelt [X] dat de kantonrechter ten onrechte een bedrag van € 10.387,05 niet toewijsbaar heeft geoordeeld. T2 voert aan dat zij met Nu Advies heeft gesproken over de in rekening gebrachte advisering en dat zij de betaling van bepaalde nota's heeft opgeschort. Het hof laat T2 toe te bewijzen dat Nu Advies heeft toegezegd deze nota's te crediteren en heeft een getuigenverhoor bevolen, waarbij mr. J.W.M. Tromp als raadsheer-commissaris is benoemd. De verdere beslissing is aangehouden.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer : 200.183.543/01
zaak- en rolnummer rechtbank Amsterdam: 3810723\CV EXPL 15-2277
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 8 augustus 2017
inzake
de maatschap naar burgerlijk recht
[X] & CO ACCOUNTANTS EN ADVISEURS,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
appellante,
tevens incidenteel geïntimeerde,
advocaat: mr. R. van Biezen te Den Haag,
tegen:
HOLDING T2 DETACHERINGEN B.V.,
gevestigd te Amstelveen,
geïntimeerde,
tevens incidenteel appellante,
advocaat: mr. B.E.H. Zwezerijnen te IJsselstein.

1.Het geding in hoger beroep

Partijen worden hierna weer [X] en T2 genoemd.
Voor het verloop van de procedure tot aan het tussenarrest van 4 oktober 2016 (hierna: het tussenarrest) wordt daarnaar verwezen. Naar aanleiding van dit arrest heeft op
21 februari 2017 een comparitie van partijen plaatsgevonden. Partijen zijn niet tot overeenstemming gekomen. De zaak is verwezen naar de rol voor arrest. Van de comparitie is proces-verbaal opgemaakt, dat deel uitmaakt van het procesdossier.

2.Verdere beoordeling

2.1.
Het hof blijft bij hetgeen is vastgesteld en overwogen in het tussenarrest, met dien verstande dat de eerste zin van rov. 3.4 als volgt dient te luiden: Het hof is voornemens een deskundige te benoemen, die toegang zal dienen te krijgen tot de administratie van Nu Advies en [X] teneinde het hof voor te lichten omtrent de hoogte van de vordering van [X] op Nu Advies.
2.2.
T2 heeft ter comparitie in hoger beroep verklaard dat grief 1 in incidenteel hoger beroep niet langer wordt gehandhaafd, zodat een deskundigenbericht niet nodig is. Dit brengt met zich dat in hoger beroep uitgegaan dient te worden van de vaststelling door de kantonrechter dat in ieder geval ter hoogte van het in deze procedure gevorderde bedrag een vordering bestaat van [X] op Nu Advies.
Dit betekent, nu in het tussenarrest reeds is overwogen dat grief 2 in incidenteel hoger beroep niet opgaat, dat T2 als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten van het incidenteel hoger beroep zal worden veroordeeld.
2.3.
[X] stelt in grief 1 in het principaal hoger beroep dat de kantonrechter ten onrechte een bedrag van € 10.387,05 niet toewijsbaar heeft geoordeeld op grond van een e-mail van de heer [Y] van Nu Advies aan de gemachtigde van T2 d.d.
20 februari 2015 (rov. 2.8 van het betreden vonnis). Zij stelt dat de heer [Y] in zijn e-mail niet de waarheid heeft gesproken en beroept zich onder meer er op dat deze
e-mail in strijd is met een eerdere spreadsheet van de heer [Y] , die (mede) bedoeld is voor de incasso door de curator.
2.4.
T2 voert, naar het hof begrijpt, het volgende aan. Zij heeft met Nu Advies gesproken over de in rekening gebrachte post advisering, waarvan zij weinig tot niets terug zag. T2 heeft naar aanleiding daarvan de betaling van de nota’s 20113005 ad
€ 4.924,70 en 130036 ad € 2.462,36 opgeschort. Nu Advies heeft toegezegd deze nota’s te crediteren, aldus T2.
T2 zal overeenkomstig haar aanbod in de gelegenheid worden gesteld deze stelling, inhoudende een bevrijdend verweer, te bewijzen.
Indien en voor zover T2 tijdens de comparitie in hoger beroep bedoeld heeft nog andere verweren te voeren, worden deze op grond van de twee conclusie-regel niet in aanmerking genomen.
2.5.
Voorts werpt T2 op dat de schadepost ad € 3.000, veroorzaakt door een fout van de loonadministrateur van Nu Advies, voor datum faillissement is geconstateerd en de toezegging om deze schade te vergoeden mondeling is gedaan.
T2 zal overeenkomstig haar aanbod in de gelegenheid worden gesteld deze tegenvordering te bewijzen.
2.6.
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

3.Beslissing

Het hof:
laat T2 toe te bewijzen dat Nu Advies heeft toegezegd de nota’s 20113005 ad
€ 4.924,70 en 130036 ad € 2.462,36 alsmede een bedrag van € 3.000 te crediteren;
beveelt dat een getuigenverhoor zal plaatshebben voor mr. J.W.M. Tromp, daartoe tot raadsheer-commissaris benoemd, in het Paleis van Justitie, IJdok 20 te Amsterdam op een nader te bepalen datum en uur;
bepaalt dat de advocaat van T2 uiterlijk op 5 september 2017 schriftelijk en onder opgave van de verhinderdata van partijen, hun advocaten en de voor te brengen getuigen in de periode van oktober tot en met december 2017 aan (het enquêtebureau van) hof dient te verzoeken een datum te bepalen;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. J.W. Hoekzema, J.W.M. Tromp en S.B. van Baalen en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op 8 augustus 2017.