ECLI:NL:GHAMS:2016:31
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A.M. van Amsterdam
- J. den Boer
- H.E. Kostense
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake informatiebeschikking inkomstenbelasting 2010 en mederechthebbendheid van een bankrekening bij de Kredietbank Luxembourg
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van belanghebbende, [Y], tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland over een informatiebeschikking voor de heffing van inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PV) voor het jaar 2010. De inspecteur van de Belastingdienst had op 22 juli 2013 een informatiebeschikking genomen, omdat belanghebbende niet had voldaan aan de verplichtingen om gegevens te verstrekken over een bankrekening bij de Kredietbank Luxembourg (Kb Lux) waar zij mogelijk mederechthebbende van was. De rechtbank had het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard, waarna zij in hoger beroep ging.
Het Gerechtshof Amsterdam heeft de feiten en het procesverloop in detail onderzocht. Belanghebbende was op 31 januari 1994 mederechthebbende van de Kb Lux rekening, wat relevant was voor de heffing van inkomstenbelasting over 2010. Het Hof oordeelde dat belanghebbende verplicht was om de gevraagde gegevens te verstrekken, aangezien er een redelijk vermoeden bestond dat zij over de rekening beschikte. De rechtbank had terecht geoordeeld dat de informatiebeschikking rechtmatig was genomen, omdat belanghebbende niet had aangetoond dat zij geen rekeninghouder was.
Het Hof bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de inspecteur voldoende bewijs had geleverd dat belanghebbende en haar echtgenoot gezamenlijk gerechtigd waren tot de Kb Lux rekening. De ambtsedige verklaringen en de afdrukken van de microfiche waren doorslaggevend in deze beoordeling. Het Hof concludeerde dat het hoger beroep ongegrond was en dat de rechtbankuitspraak bevestigd diende te worden.