ECLI:NL:GHAMS:2016:1500
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van hoger beroep bij onjuiste persoonsgegevens van de verdachte
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 15 april 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, aangeduid als N.N., had hoger beroep ingesteld zonder zijn echte persoonsgegevens te vermelden. In plaats daarvan was een valse geboortedatum opgenomen in de akte. Het hof heeft vastgesteld dat de juiste identiteit van de verdachte inmiddels bekend was, maar dat de raadsman in de volmacht tot het instellen van hoger beroep enkel de N.N. duiding had opgenomen. Dit leidde tot de vraag of de verdachte ontvankelijk was in het hoger beroep.
Het hof oordeelde dat de artikelen 449-452 van het Wetboek van Strafvordering vereisen dat een verdachte zijn persoonsgegevens bekendmaakt om een rechtsmiddel aan te wenden. Aangezien de verdachte dit had nagelaten en in plaats daarvan een onjuiste geboortedatum had opgegeven, kon hij niet-ontvankelijk worden verklaard in het hoger beroep. Het hof verwees naar eerdere arresten van de Hoge Raad die deze lijn bevestigen. De beslissing van het hof was dat de verdachte niet-ontvankelijk werd verklaard in het hoger beroep, omdat hij niet de juiste gegevens had verstrekt, wat essentieel is voor de ontvankelijkheid van het rechtsmiddel.