ECLI:NL:GHAMS:2015:5736

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
15 juli 2015
Publicatiedatum
12 april 2016
Zaaknummer
13/654147-15
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen bevel gevangenhouding met betrekking tot verdachte in psychiatrische zorg

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 15 juli 2015 uitspraak gedaan in het hoger beroep tegen het bevel tot gevangenhouding van de verdachte, geboren in Somalië in 1983 en thans verblijvende in het huis van bewaring De Weg te Amsterdam. De rechtbank te Amsterdam had op 29 juni 2015 een beschikking gegeven die het bevel tot gevangenhouding inhield. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen deze beschikking, waarbij de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. J.G. Wattilete, zijn gehoord.

Het hof heeft de stukken van de zaak en de akte van de griffier van de rechtbank bekeken. Het hof oordeelt dat er voldoende ernstige bezwaren zijn tegen de verdachte, maar ziet geen reden om te vrezen voor herhaling van het feit, gezien het ontbreken van eerdere veroordelingen en de specifieke omstandigheden van de zaak. De ernst van de verdenking, de kwetsbare positie van de aangeefster en de setting waarin het feit heeft plaatsgevonden, namelijk in een psychiatrische instelling, leiden tot de conclusie dat er sprake is van een geschokte rechtsorde.

Het hof heeft het verzoek van de verdachte tot schorsing van de voorlopige hechtenis afgewezen, omdat er geen zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden zijn aangetoond die een schorsing zouden rechtvaardigen. De beslissing van het hof is dat het beroep tegen de bestreden beschikking wordt afgewezen en dat het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis eveneens wordt afgewezen. De beschikking is gegeven in raadkamer door de voorzitter en de raadsheren, in tegenwoordigheid van de griffier.

Uitspraak

13/654147-15
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGin raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Somalië) op [geboortedag] 1983,
wonende te [adres],
thans verblijvende in het huis van bewaring De Weg te Amsterdam,
tegen de beschikking van de rechtbank te Amsterdam van 29 juni 2015, voor zover houdende bevel tot zijn gevangenhouding .

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft kennis genomen van de akte van de griffier van de rechtbank te Amsterdam van 1 juli 2015, waarbij namens de verdachte hoger beroep is ingesteld van voormelde beschikking van die rechtbank.
Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep en heeft kennis genomen van de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van de verdachte en heeft gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsman mr. J.G. Wattilete.

De beoordeling

Gelet op de inhoud van het dossier is het hof van oordeel dat er voldoende ernstige bezwaren aanwezig zijn.
Het hof verenigt zich voorts met de gronden waarop de beschikking berust, met uitzondering van de herhalingsgrond.
Het hof ziet gelet op het ontbreken van eerdere veroordelingen alsmede de specifieke setting waarin het op de vordering vermelde feit heeft plaatsgevonden geen reden om te vrezen voor herhaling. Deze grond komt dan ook te vervallen.
Gelet op de ernst en de aard van de verdenking – mede in aanmerking genomen de kwetsbare positie van aangeefster en de omstandigheid dat het feit zou zijn gepleegd in een instelling voor psychiatrische zorg – is het hof van oordeel dat er wel sprake is van een geschokte rechtsorde.
In hetgeen de raadsman naar voren heeft gebracht en gelet op het vorenoverwogene ziet het hof geen aanleiding om de termijn van het bevel gevangenhouding van 90 dagen te beperken tot 30 dagen.
Met betrekking tot het door de verdachte mondeling gedane verzoek tot schorsing overweegt het hof dat er sprake is van een zeer ernstig feit en een geschokte rechtsorde. Onder die omstandigheden kan van een schorsing alleen sprake zijn als zich zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden voordoen. Daarvan is niet gebleken. Om die reden zal het hof het verzoek van de verdachte afwijzen, omdat het belang dat de verdachte heeft bij zijn invrijheidstelling niet opweegt tegen de gewichtige redenen van maatschappelijke veiligheid die in het bevel tot zijn gevangenhouding zijn aangewezen, welke ook thans nog grond geven tot voortduring van zijn vrijheidsbeneming.
13/654147-15

De beslissing

Het hof:
WIJST AF het beroep tegen de bestreden beschikking.
WIJST AF het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
Deze beschikking is gegeven op 15 juli 2015 in raadkamer van dit hof door
mr. J.L. Bruinsma , voorzitter,
mrs. F.A. Hartsuiker en M.J.A Duker, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. S.A.M. Borg als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 15 juli 2015,
de advocaat-generaal