ECLI:NL:GHAMS:2015:4958
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- B.A. van Brummelen
- C.J. Hummel
- D.B. Bijl
- Rechtspraak.nl
Belastingheffing op beheersactiviteiten in natuurgebied door agrarische ondernemer
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 10 november 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de belastingheffing van een agrarische ondernemer, die een gebruiksovereenkomst had gesloten met Natuurmonumenten. De belanghebbende, een veehouder, voerde beheersactiviteiten uit op percelen die eigendom waren van Natuurmonumenten, met als doel de kwaliteit van het natuurgebied Wormer- en Jisperveld te verbeteren. De inspecteur van de Belastingdienst had een naheffingsaanslag opgelegd voor het jaar 2007, die aanvankelijk € 2.360 bedroeg, maar na bezwaar was verminderd tot € 1.652. Daarnaast was er een teruggaaf van omzetbelasting verleend voor het jaar 2012, die nader was vastgesteld op € 3.794.
De rechtbank Noord-Holland had de beroepen van de belanghebbende tegen de uitspraken van de inspecteur ongegrond verklaard. In hoger beroep stelde het Hof vast dat de door de belanghebbende verrichte beheersactiviteiten als belastbare prestaties moesten worden aangemerkt voor de heffing van omzetbelasting. Het Hof oordeelde dat de belanghebbende prestaties verrichtte jegens Natuurmonumenten, die de verbruikster van deze prestaties was. De rechtbank had terecht geoordeeld dat de vergoedingen die de belanghebbende ontving, niet als onbelaste schadevergoedingen konden worden aangemerkt, maar als vergoedingen voor de geleverde prestaties.
Het Hof bevestigde de uitspraak van de rechtbank en verklaarde de hoger beroepen ongegrond. De belanghebbende was niet in haar stellingen geslaagd dat de ontvangen vergoedingen een compensatie vormden voor inkomensverlies door de beperkingen die Natuurmonumenten oplegde. De uitspraak van het Hof is van belang voor de belastingheffing van agrarische ondernemers die betrokken zijn bij natuurbeheer en de vraag of hun activiteiten als belastbare prestaties kunnen worden aangemerkt.