ECLI:NL:GHAMS:2015:3599
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Machtigingsprocedure opzeggen huurovereenkomst curandus geen zaak van curatele
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante, [X], tegen een beschikking van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland van 12 februari 2015. De kantonrechter had aan mevrouw [Y], in haar hoedanigheid van curator van appellante, machtiging verleend om de huurovereenkomst van appellante met Kennemer Wonen op te zeggen. Appellante is op 30 juni 2015 in hoger beroep gekomen van deze beschikking en heeft tevens verzocht om schorsing van de werking van de bestreden beschikking. De zaken zijn op 29 juli 2015 ter terechtzitting behandeld, waarbij uitsluitend de ontvankelijkheid van het hoger beroep aan de orde is geweest.
Het hof overweegt dat appellante onder curatele staat en dat haar curator, mevrouw [Y], bevoegd is om haar te vertegenwoordigen. Echter, volgens artikel 1:381 lid 6 van het Burgerlijk Wetboek is de curandus bekwaam om in rechte op te treden in zaken van curatele. Het hof moet derhalve beoordelen of de machtigingsprocedure kan worden aangemerkt als een zaak van curatele. Het hof concludeert dat een machtigingsprocedure niet kan worden beschouwd als een 'zaak van curatele' in de zin van de wet, en dat appellante daarom niet ontvankelijk is in haar hoger beroep tegen de beschikking van de kantonrechter.
Daarnaast is het hof van oordeel dat ook het verzoek om schorsing van de bestreden beschikking niet-ontvankelijk is. De beslissing van het hof is dat appellante niet-ontvankelijk wordt verklaard in zowel haar hoger beroep als in haar verzoek om schorsing.