ECLI:NL:GHAMS:2012:BV8889
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Uitleg van splitsingsstukken en gemeenschappelijk gebruik van gedeelten in appartementsrecht
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam op 31 januari 2012, gaat het om een hoger beroep van [appellant sub 1] en [appellante sub 2] tegen een beschikking van de rechtbank Amsterdam. De appellanten zijn eigenaren van een appartementsrecht in een gebouw dat is gesplitst in zes appartementsrechten, waarbij een Vereniging van Eigenaren (VvE) is opgericht. De zaak draait om de uitleg van de splitsingsstukken en de vraag of bepaalde gedeelten van het gebouw, zoals de steiger en de loopbrug, gemeenschappelijk zijn of dat de appellanten recht hebben op uitsluitend gebruik van deze gedeelten.
De rechtbank had eerder de verzoeken van de appellanten afgewezen, waarbij zij primair vroegen om de besluiten van de VvE van 19 april 2011 te vernietigen, die bepaalde gedeelten als gemeenschappelijk aanmerkte. In hoger beroep hebben de appellanten hun verzoeken aangepast en gevraagd om vervangende machtiging voor het gebruik van de steiger en de loopbrug. Het hof heeft vastgesteld dat de uitleg van de splitsingsstukken bepalend is voor het recht tot uitsluitend gebruik van de gedeelten. Het hof overweegt dat bij de uitleg van de splitsingsstukken niet alleen de tekst, maar ook de context en de bedoelingen van de partijen in aanmerking moeten worden genomen.
Het hof concludeert dat de gedeelten (a), (b) en (c) gemeenschappelijk zijn, en dat de besluiten van de VvE in dat opzicht geen wijziging hebben gebracht in de juridische situatie. Het hof heeft de VvE in de gelegenheid gesteld om te reageren op een nieuw argument van de appellanten dat de steiger gemeente-eigendom zou zijn. De zaak is vervolgens aangehouden voor verdere behandeling.