ECLI:NL:GHAMS:2010:BO2574
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Navordering door de Belastingdienst niet toegestaan wegens ambtelijk verzuim
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 26 oktober 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over een navorderingsaanslag opgelegd door de inspecteur van de Belastingdienst. De belanghebbende, X, had in zijn aangifte voor de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over het jaar 2001 kosten ter zake van een monumentenpand in aftrek gebracht. De inspecteur had echter een onderzoek ingesteld naar de aftrekbaarheid van deze kosten, maar besloot desondanks een primitieve aanslag op te leggen zonder de resultaten van het onderzoek af te wachten. Dit leidde tot een navorderingsaanslag, die door de belanghebbende werd betwist.
Het Hof oordeelde dat de inspecteur een ambtelijk verzuim had gepleegd door de primitieve aanslag vast te stellen zonder de uitkomsten van het onderzoek te kennen. Dit verzuim staat volgens het Hof aan navordering in de weg, ongeacht of de belanghebbende op de hoogte was van het onderzoek. De rechtbank had eerder al geoordeeld dat de inspecteur niet beschikte over een nieuw feit dat navordering rechtvaardigde. Het Hof bevestigde deze uitspraak en oordeelde dat de inspecteur in de proceskosten van de belanghebbende moest worden veroordeeld tot een bedrag van € 644.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid bij de belastingheffing en de rechten van belastingplichtigen. De belanghebbende had recht op een aanslag die was vastgesteld op basis van alle beschikbare gegevens, en de inspecteur had moeten zorgen voor een zorgvuldige afhandeling van de aangifte, vooral gezien het lopende onderzoek. Het Hof concludeerde dat het hoger beroep van de inspecteur ongegrond was en bevestigde de uitspraak van de rechtbank.