ECLI:NL:GHAMS:2005:AU5257
Gerechtshof Amsterdam
- Versnelde behandeling
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep kort geding inzake conservatoire beslagen en zekerheidstelling proceskosten
In deze zaak gaat het om een hoger beroep in kort geding dat is ingesteld door een aantal appellanten tegen een vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Amsterdam. De appellanten, waaronder [X], [Y] en [Z], hebben op 27 maart 1998 verlof gevraagd voor het leggen van conservatoire beslagen ten laste van de naamloze vennootschap Forward Business Parks 2000 N.V. Dit verzoek werd gevolgd door het leggen van conservatoire beslagen op onroerende zaken van Forward op 20 januari 1999. De rechtbank Amsterdam heeft echter op 15 september 2004 de vordering van de appellanten afgewezen, waarna Forward hen op 14 februari 2005 heeft gedagvaard voor de voorzieningenrechter met het verzoek om opheffing van de conservatoire beslagen. De voorzieningenrechter heeft dit verzoek toegewezen, wat de appellanten heeft doen besluiten in hoger beroep te gaan.
In het hoger beroep hebben de appellanten betoogd dat zij niet als gedaagden, maar als eisers in eerste aanleg moeten worden beschouwd, omdat zij het initiatief hebben genomen tot het leggen van de beslagen. Forward heeft hiertegen ingebracht dat de appellanten als gedaagden moeten worden aangemerkt, omdat zij zich tot de voorzieningenrechter hebben gewend met een verzoek om verlof tot het leggen van conservatoire beslagen. Het hof heeft geoordeeld dat de appellanten in dit geval niet als 'oorspronkelijk gedaagde' kunnen worden beschouwd voor de toepassing van artikel 353 lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, wat betekent dat zij niet verplicht zijn om zekerheid te stellen voor de proceskosten.
Het hof heeft de incidentele vordering van Forward tot zekerheidstelling afgewezen en de beslissing omtrent de kosten in het incident aangehouden tot de einduitspraak in hoger beroep. De zaak is verwezen naar de rol van 15 september 2005 voor memorie van antwoord aan de zijde van Forward. Dit arrest is gewezen door de rechters P. Ingelse, R.J.F. Thiessen en E.E. van Tuyll van Serooskerken-Röell en is openbaar uitgesproken op 28 juli 2005.