Uitspraak
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
Het oordeel van de Raad
. [2]
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de intrekking en terugvordering van bijstand op grond van de Participatiewet (PW). Het college van burgemeester en wethouders van Helmond heeft gesteld dat appellanten, die bijstand ontvingen, hun inlichtingenverplichting hebben geschonden door geen melding te maken van de handelsactiviteiten van appellant op Marktplaats. Appellanten beweren echter dat het niet appellant, maar zijn broer was die deze activiteiten uitvoerde. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld en geconcludeerd dat het college de handelsactiviteiten terecht aan appellant kon toerekenen. De Raad oordeelt dat de advertenties die op Marktplaats zijn geplaatst, zijn gedaan met behulp van accounts die op naam van appellant stonden, en dat de bewijslast voor de schending van de inlichtingenverplichting bij het college ligt. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant, die het bestreden besluit van het college had vernietigd, maar oordeelt dat het college voldoende bewijs heeft geleverd voor de intrekking en terugvordering van de bijstand. De Raad heeft de intrekking en terugvordering in stand gehouden, wat betekent dat appellanten geen recht hebben op vergoeding van proceskosten of griffierecht.