ECLI:NL:CRVB:2024:1906
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing sollicitatie in bestuursrechtelijke context met beoordelingsvrijheid van het bestuursorgaan
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 oktober 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de staatssecretaris van Defensie om appellant af te wijzen voor een functie waarop hij had gesolliciteerd. Appellant, die sinds 2002 werkzaam is bij de Koninklijke Landmacht, had gesolliciteerd voor een functie bij de Veiligheidsregio [regio 1]. De staatssecretaris heeft na zorgvuldige afweging besloten om met andere sollicitanten in gesprek te gaan, wat appellant niet kon waarderen. Hij stelde dat zijn sollicitatie niet inhoudelijk was behandeld en dat hij geen ontvangstbevestiging of afwijzingsbericht had ontvangen.
De Raad heeft in zijn overwegingen benadrukt dat de toetsing door de rechter in sollicitatieprocedures terughoudend is, en dat het bestuursorgaan beoordelingsvrijheid heeft. De staatssecretaris heeft de afwijzing van appellant gemotiveerd en toegelicht dat er een voorkeur was voor andere kandidaten, onder andere vanwege de samenstelling van het team en de vereisten van de functie. De Raad concludeert dat de staatssecretaris in redelijkheid tot zijn besluit heeft kunnen komen en dat de afwijzing van de sollicitatie terecht is. Het hoger beroep van appellant is dan ook afgewezen, en de eerdere uitspraak van de rechtbank is bevestigd.