Uitspraak
SAMENVATTING
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
Het oordeel van de Raad
Conclusie en gevolgen
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 24 september 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de afwijzing van een aanvraag om bijzondere bijstand voor de kosten van het verplicht eigen risico, zoals opgelegd door de zorgverzekeraar op basis van de Zorgverzekeringswet (Zvw). Appellante, die bijstand ontvangt op grond van de Participatiewet (PW), had bijzondere bijstand aangevraagd voor deze kosten, maar het college van burgemeester en wethouders van Utrecht heeft deze aanvraag afgewezen. De Raad oordeelt dat artikel 15, eerste lid, van de PW in de weg staat aan het verlenen van bijzondere bijstand voor deze kosten. Appellante betoogde dat de wetgever gemeenten had opgeroepen om chronisch zieken en gehandicapten te ondersteunen na de afschaffing van de regeling 'Compensatie Eigen Risico', maar de Raad oordeelt dat deze beroepsgrond niet slaagt. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland, die het beroep tegen het bestreden besluit ongegrond had verklaard. De Raad concludeert dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die het college zouden verplichten om bijzondere bijstand te verlenen. De uitspraak van de rechtbank blijft dan ook in stand, en het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen.