ECLI:NL:CRVB:2024:1130
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens termijnoverschrijding na elektronische bekendmaking van besluit
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep geoordeeld over de niet-ontvankelijkheid van het beroep van appellant, dat was ingesteld tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van 's-Hertogenbosch. Het college had de bijstandsuitkering van appellant ingetrokken en de kosten van bijstand teruggevorderd. Appellant had bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het college bleef bij zijn standpunt. De gemachtigde van appellant ontving het bestreden besluit per e-mail, maar het beroep werd pas na de termijn van zes weken ingediend. De rechtbank verklaarde het beroep niet-ontvankelijk, omdat het niet tijdig was ingediend. Appellant ging in hoger beroep, maar de Raad oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld. De Raad stelde vast dat de bekendmaking van het besluit per e-mail niet op de voorgeschreven wijze had plaatsgevonden, maar dat appellant en zijn gemachtigde het besluit wel degelijk onder ogen hadden gekregen. De beroepstermijn was dus begonnen op het moment van ontvangst van het besluit. Aangezien het beroep na de termijn was ingediend, was er geen reden om de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank, maar met verbetering van gronden. Appellant kreeg geen vergoeding voor proceskosten of griffierecht.