Uitspraak
21 3180 WIA
PROCESVERLOOP
mr. Keijzer verschenen. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door E.C. van der Meer.
OVERWEGINGEN
WGA-loonaanvullingsuitkering, naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%.
WIA-uitkering, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Het bezwaar van appellant tegen dit besluit heeft het Uwv bij besluit van 9 juni 2020 (bestreden besluit) ongegrond verklaard. Aan het bestreden besluit liggen een rapport en een FML van 12 mei 2020 van een verzekeringsarts bezwaar en beroep en een rapport van 5 juni 2020 van een arbeidsdeskundige bezwaar en beroep ten grondslag. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft aanleiding gezien voor het aannemen van (meer) beperkingen voor knijp-/grijpkracht, repetitieve handelingen en ’s nachts werken. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft twee van de vijf geselecteerde functies laten vervallen. Op grond van de drie resterende functies heeft de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep de mate van arbeidsongeschiktheid berekend op 14,17%. Daarmee is appellant nog steeds minder dan 35% arbeidsongeschikt.
(SBC-code 342022) en van Parking Host (SBC-code 261011) heeft de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep in het rapport van 8 juni 2021, na overleg met de arbeidskundig analist, voldoende gemotiveerd dat geen sprake is van overschrijding van de belastbaarheid. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft voldoende toegelicht dat het tillen van vuilniszakken binnen de belastbaarheid van appellant valt en dat hij in staat moet worden geacht om incidenteel een brandblusser te dragen. Dit betekent dat de arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit juist is.