Uitspraak
21 2696 WW
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
“Bent u binnen zes maanden (dus voor 1 juli 2020) weer terug in Nederland? Dan kunt u ons vragen om uw WW-uitkering voort te zetten. (…) Na 1 juli 2020 kunt u geen WW-uitkering meer krijgen.”
WW-uitkering niet meer kan herleven na 1 juli 2020. De door appellante aangevoerde omstandigheden geven geen aanleiding om hiervan af te wijken. Hiertoe wordt het volgende overwogen.
e-mailberichten niet gebleken dat door de uitkeringsdeskundige van het Uwv uitdrukkelijke, ondubbelzinnige en onvoorwaardelijke toezeggingen zijn gedaan, die bij appellante gerechtvaardigde verwachtingen hebben gewekt dat de herlevingstermijn zou worden verlengd. In een e-mail van 26 juni 2020 heeft de (eerste) uitkeringsdeskundige van het Uwv aan appellante bericht dat hij van tevoren geen toezeggingen kan doen en dat haar situatie zal worden beoordeeld zodra zij is teruggekeerd in Nederland. Tevens heeft hij erop gewezen dat het haar eigen risico blijft. Op dat moment had appellante duidelijk moeten zijn dat zij voor 1 juli 2020 naar Nederland diende terug te keren en had zij moeten handelen. Appellante is echter in Canada gebleven en heeft eerst op 2 juli 2020 opnieuw contact opgenomen met het Uwv. Op dat moment was de herlevingstermijn verstreken. Dat moet voor haar rekening blijven.